ProfiNRG bestaat tien jaar. Directeuren Cees van de Werken, Bert van Woudenberg en René Hanssen blikken terug op tien jaar groei. Hoe vonden ze elkaar, en wat blijft hen bij?

Dit is het tweede deel uit een interview-serie met ProfiNRG naar aanleiding van het tienjarig bestaan. Het eerste deel is hier te lezen.

Van de eerste container zonnepanelen die in bestelling werd gezet tot de coronapandemie, ProfiNRG startte net als vele bedrijven met een leeg pand. Maar wat hen het meest opviel in tien jaar bedrijfsvoering? “De traagheid van de netbeheerders”, stelt Van Woudenberg.  Van de Werken ziet dat voornamelijk de groei van windopwek te wensen overlaat. “Voor een zonnepark heb je binnen een half jaar een vergunning, en binnen een jaar ben je aan het bouwen. Voor wind duurt dit veel langer.” Van Woudenberg vult aan. “Ik heb het idee dat netbeheerders wachten tot het fout gaat en dan pas in actie komen.”

Nog geen panelen op eigen dak
René Hanssen kwam in beeld toen hij Cees Van de Werken weer trof voor het eerst sinds lange tijd. “We kenden elkaar van Siemens, waar we allebei zo’n 15 jaar geleden werkten. We zagen elkaar jaren niet maar kwamen in contact, waarna Van de Werken bij mij op bezoek kwam om te kijken naar de mogelijkheid voor panelen op mijn dak. We raakten in gesprek over toetreden tot het bedrijf.” De panelen kwamen er uiteindelijk niet, maar Hanssen wel.

Pubertijd
De komst van Hanssen kwam voor ProfiNRG op het juiste moment. Van de Werken: “We wilden verder groeien, en daarvoor was meer structuur nodig binnen de organisatie.” Hanssen houdt zich nog altijd veel bezig met de organisatiestructuur, maar ook met zuster- en dochterbedrijven van ProfiNRG. Van Woudenberg: “We zijn door de komst van Hanssen als bedrijf uit de pubertijd gekomen.” Maar zelfs die fikse groei kwam niet alle obstakels te boven. Hanssen: “De ambities die we hadden bleken niet allemaal haalbaar als gevolg van netcongestie en het tekort aan handen in de sector.”

Container gekocht
Van Woudenberg stelt het meest trots te zijn op het team en het bedrijf. “We begonnen ooit met z’n tweeën. We schreven ons in bij de KvK en kochten een container vol panelen, en dan kun je alleen maar hopen dat je hem ook daadwerkelijk krijgt. Ondernemen is lef hebben en iets doen wat een ander niet durft.”

Kleinere speler blijft concurreren
Van Woudenberg vervolgt: “We proberen voorop te lopen, daarmee krijg je ook het meeste bestaansrecht. Zo zijn we nu ook bezig met opslagtechnieken. We houden ons als kleinere speler staande tussen de grote spelers.” Hanssen: “Ik ben trots dat we met een klein, Nederlands bedrijf grote projecten kunnen doen. We concurreren met grote, internationale namen.”

Bieden en binden
Van de Werken: “Andere bedrijven zijn veel meer bezig met financiën. Wij leggen de focus eerder op het realiseren van technisch mooie projecten en het delen van kennis.” Van Woudenberg: “Wij groeien dan ook door de installateurs uit te nodigen, voor onze cursussen bijvoorbeeld. Door mensen kennis te bieden kun je ze aan je binden.”