Convenant voor aftoppen energie op 70 procent

02.11.2020 Anje Hoogland

Convenant voor aftoppen energie op 70 procent

Netbeheerders en marktpartijen werken aan een convenant om afspraken te maken over het aftoppen op 70 procent van het piekvermogen bij commerciële installaties met zonnepanelen. Dat is voor zowel de opwekker als de maatschappij voordelig en heeft daarom geen stimulering vanuit de overheid nodig. Zo meldt minister Wiebes in een reactie op de initiatiefnota van Matthijs Sienot (D66).

Sienot stelde voor een Rijksarchitect aan te stellen om meer regie te krijgen over de verschillende trajecten en inzicht in de effecten van verschillende keuzes op het elektriciteitssysteem en daarmee het gehele energiesysteem. Wiebes is van mening dat dit niet nodig is. Hij stelt dat hij samen met de minister van Binnenlandse Zaken de regie houdt. Zij hebben bijvoorbeeld samen met de koepels van medeoverheden de opwek van duurzame energie op land verder uitgerold, in het Nationale Programma Regionale energiestrategieën (NP-RES). Dit programma draagt volgens Wiebes in belangrijke mate bij aan een meer planmatige ontwikkeling van de duurzame energiestructuur.

Overzicht van de impact

Ook andere duurzame plannen worden volgens de minister goed in de gaten gehouden. “De wensen uit al deze verschillende programma’s moeten bij elkaar worden opgeteld en afgewogen en moeten inpasbaar zijn in het energie- en elektriciteitssysteem als geheel, nu en in de toekomst.” Zo komt er per RES-regio bijvoorbeeld een overzicht van de impact van de RES op de infrastructuur. Deze analyses vormen volgens Wiebes één van de belangrijke uitgangspunten in de verdere vormgeving van de RES. Bovendien is het wenselijk dat netbeheerders proactief investeren op plekken waar voldoende zeker is dat in de toekomst netuitbreiding nodig is.

Sienot stelde in zijn nota voor ruimtelijke procedures met aandacht voor de ruimtelijk inpassing en draagvlak te versnellen. Wiebes geeft aan hoe dit kan worden bewerkstelligd. Zo kan de versnelling volgens hem plaatsvinden door een constructieve samenwerking tussen overheden en netbeheerders, zodat vastgestelde procedures niet te lang duren. Ook actief ruimtelijk beleid op het gebied van energie kan helpen. “Het Rijk gaat bijvoorbeeld energy hubs aanwijzen, die de netbeheerder meer comfort moeten geven om te investeren. Met het in een vroeg stadium starten van ruimtelijke verkenningen door overheden samen met netbeheerders in samenspraak met hun klanten en lokale overheden kan eveneens tijd worden gewonnen. Daarnaast worden de RES’en door zowel Rijk als decentrale overheden verankerd in ruimtelijk plannen. Daar waar dingen spaak lopen, komt er meer ruimte om te escaleren naar de provincies en het Rijk. Dit wordt opgenomen in de Energiewet.”

De nieuwe energiewet

De huidige Elektriciteitswet stamt nog uit 1998. De nieuwe wet zal waarschijnlijk ergens na de verkiezingen worden vastgesteld, maar Wiebes laat er in zijn antwoord al meer over los. Zo wordt er in deze wet ook een gedeelte opgenomen over de tariefstructuur om het energieverbruik gelijkmatiger te verdelen. “Netbeheerders hebben nu al de mogelijkheid om met klanten privaatrechtelijke contracten af te sluiten om bijvoorbeeld hun elektriciteitsproductie op bepaalde tijden aan te passen of tijdelijk te staken op aangeven van de netbeheerder. Het verder verfijnen van de tariefstructuur is een punt dat ik in het kader van de Energiewet meeneem.”

De minster sluit af met een belofte. “Het tekort aan netcapaciteit is niet een knelpunt dat zich eenvoudig laat slechten, en zal daarom mijn aandacht blijven houden.”