Groot tekort Scope 12-inspecteurs

01.10.2020 Anje Hoogland

Groot tekort Scope 12-inspecteurs

Zo’n jaar geleden werd voor het eerst Scope 12 in het leven geroepen; een inspectieregeling voor zonnestroominstallaties. Aan de hand van deze regeling kunnen solarprojecten gecontroleerd worden door onafhankelijke inspecteurs. Maar die moeten dan natuurlijk wel eerst worden opgeleid. Hoe staat het met die opleiding?

Wij spraken erover met Allart de Jong, algemeen directeur van Omega Energietechniek én initiatiefnemer van Scope 12. De Jong sloeg ruim een jaar geleden de noodklok toen hij keer op keer zorgwekkende problemen aantrof tijdens zijn inspecties bij solarprojecten. “Bij zo’n 70 procent liep ik tegen gebreken aan die tot brand of elektrocutie kunnen leiden”, durft hij na duizenden inspecties te stellen. “Er zullen mensen zijn die dat overdreven vinden, maar veel fouten worden niet erkend en herkend, niet alle branden worden geregistreerd en van kleine brandjes die voor uitval zorgen hebben mensen vaak geen idee. Ik maakte me echt zorgen over wat ik aantrof.  Dat kon ik niet zomaar negeren.” Dus besloot hij verschillende partijen bijeen te roepen om een duidelijke inspectieregeling samen te stellen.

Hij werd hierdoor de aanjager van inspectieregeling Scope 12 die door Techniek Nederland, Holland Solar, iKeur, SCIOS Inspectie en het Verbond van Verzekeraars is opgesteld. Omega is nu zelf een van de eerste gecertificeerde bedrijven die Scope 12-inspecteurs op pad mag sturen, en leidt bovendien ook andere inspecteurs op om Scope 12-inspecties uit te voeren.

“We hebben er inmiddels 140 opgeleid en klaargestoomd voor het examen”, meldt de klokkenluider. Maar dat betekent nog niet dat er ook 140 gecertificeerde Scope 12-inspecteurs rondlopen. “Het is echt een pittig examen. Mijn ervaring met eerdere Scopes is dat ongeveer 30 procent het examen haalt. Als je je dan bedenkt dat Omega een van de vijf partijen is die inspecteurs opleidt, dan weet je dat we nog een hoop werk te verrichten hebben om de markt te kunnen bedienen. Er zijn nog veel te weinig inspecteurs. Zeker omdat ik verwacht dat bij 95 procent van de commerciële solarprojecten uiteindelijk een Scope 12-inspectie vereist wordt door de verzekeraars.”

‘Er liggen een hoop kansen voor andere inspectiebedrijven en opleiders.’

De Jong verwacht overigens niet dat alle problemen gelijk zijn opgelost als alle verzekeraars Scope 12-inspecties verplichten. “Maar het is wel een heel groot drukmiddel. Nu treffen we telkens dezelfde problemen aan zoals fouten bij connectoren, kabeltracés, legplannen en constructieberekeningen. Naarmate er meer Scope 12-inspecties verplicht worden zal dat een stuk minder vaak voorkomen. Maar het is net COVID-19; de problemen echt zijn niet meteen weg. Ik zie bijvoorbeeld enorm veel problemen bij commerciële residentiële projecten. Men schrijft een tender uit en gaat voor de laagste prijs in plaats van voor kwaliteit. Om de prijs te drukken worden bij dit soort projecten vaak goedkope werknemers uit andere landen ingezet en wordt er bespaard op de materialen. En je ziet dat de ingehuurde ZZP’ers door gebrek aan tijd bijvoorbeeld onaangelijnd op het dak aan het werk zijn. Op dit soort gevaar wordt door die verenigingen helemaal niet op gecontroleerd. Ze plaatsen er zelfs ongegeneerd foto’s van op hun website”, verzucht De Jong. Met een van hen weigert hij inmiddels te werken. “Die maakt er echt een potje van, daar wil ik onze naam niet aan verbinden. Wat mij betreft is daar dus nog een grote slag te slaan.”

Over COVID-19 gesproken; heeft zijn Scope 12-opleiding daardoor vertraging opgelopen? “Door de lockdown moesten we in een keer dicht en hebben we alles in maart stopgezet. Maar gelukkig konden we het ook weer snel oppakken door digitaal op te leiden. En dan heb ik het niet over e-learning, want daar geloof ik niet zo in, maar over een digitaal klaslokaal. Dat was een schot in de roos. We hebben meer dan 100 man opgeleid via de webcam. Het stukje praktijk werd dan wel hier gegeven, maar we hebben onze leerlingen in kleinere groepjes opgedeeld. Zo hebben we per saldo toch evenveel inspecteurs coronaproof kunnen opleiden.”

De nieuwe inspecteurs in spé zitten wel weer samen in een lokaal. “Met groepjes van maximaal negen deelnemers zodat er voldoende ruimte is voor iedereen. En moeten ze door bepaalde praktijkoefeningen toch binnen 1,5 meter van elkaar komen, dan zijn mondkapjes verplicht.”

Hoewel de klassen wat kleiner zijn, hoopt De Jong dat er zo snel mogelijk veel nieuwe inspecteurs bij komen. Hij is dan ook niet bang voor concurrentie. Hij hoopt zelfs dat het aantal opleidingsinstituten zoals Omega op korte termijn groeit. “Alleen dan kunnen er in rap tempo net zoveel gecertificeerde bedrijven met geslaagde inspecteurs bijkomen als dat er nodig zijn. Wij hebben inmiddels zelf negen inspecteurs rondlopen, maar ik heb niet de ambitie om veel groter te worden. Dus er liggen nog een hoop kansen voor andere inspectiebedrijven en opleiders”, tipt hij tot slot.