Teun Bokhoven: ‘In de gebouwde omgeving moet de energietransitie veel meer vanuit een systeemvisie’

19.01.2023 Jan de Wit

Teun Bokhoven: ‘In de gebouwde omgeving moet de energietransitie veel meer vanuit een systeemvisie’
©Netbeheer Nederland

Dinsdag kwam er een onverwachte wending in het debat rondom de salderingsregeling. Rob Jetten, minister voor Klimaat en Energie, diende een half jaar geleden een voorstel in voor een nieuw afbouwpad. Sindsdien was er in het publieke debat nauwelijks kritiek op te horen en kwamen er vooral steunbetuigingen voor het wetsvoorstel. Solar365 vroeg Teun Bokhoven, voorzitter van het Uitvoeringsoverleg Gebouwde Omgeving van het Klimaatakkoord, naar zijn kijk op de salderingsregeling, de rol van batterijsystemen en de noodzaak van financiële stimulering.

GroenLinks en PvdA bleken in het debat hun bedenkingen te hebben. Zij vrezen dat woningcorporaties niet meer in zonnepanelen zullen investeren zonder de salderingsregeling, terwijl het hier vaak om huishoudens gaat die last hebben van energiearmoede.

Alom werd aangenomen dat de partijen voor afbouwen van de salderingsregeling zouden zijn omdat het een gunstige regeling is voor de mensen die al wél zonnepanelen hebben. Desondanks willen zij eerst aanvullende plannen zien van de minister om energiearmoede aan te pakken. Zonder de steun van GroenLinks en PvdA zal het wetsvoorstel niet door de Eerste Kamer worden aangenomen.

Vanwege de terugverdientijd – die ook zonder salderingsregeling gunstige is, de forse groei van het aantal zonnepanelen, het steeds meer knellende elektriciteitsnet en de ontwikkeling van technieken zoals batterijopslag gaan er al tijden stemmen op om de regeling af te schaffen en de ontwikkeling van energieopslag juist te gaan stimuleren.

Ook buiten Nederland klinkt er verbazing over de impasse. Zo noemde SolarPower Europe Nederland in zijn European Market Outlook for Residential Battery Storage 2022-2026 de grote afwezige tussen de landen waarin energieopslag snel groeit. Terwijl Nederland een enorme potentie heeft op dat gebied, aangezien het de meeste opwekcapaciteit per persoon heeft in heel Europa. Wereldwijd heeft alleen Australië meer.

Samen met netbeheerders TenneT, Enexis, Liander en Stedin inventariseerde Jan Willem Zwang, eigenaar van adviesbureau Stratergy, dat er weliswaar zo’n 20 gigawatt batterijcapaciteit in de pijplijn zit, maar dat dit veelal grote systemen zijn om in congestiegebied projecten tóch aan te kunnen sluiten.

Hoe heb jij de discussie over hernieuwbare energie het afgelopen jaar zien veranderen?
Bokhoven: “Iedereen was wel overtuigd dat we wat moeten gaan doen, maar lang niet iedereen had een innerlijke drive om dat te gaan doen. Dat leverde soms wel stroeve processen op, maar de energiecrisis heeft echt voor een omslag in het denken gezorgd.

Iedereen wordt er nu ook economisch door geraakt en er is een reële dreiging van tekorten. Iedereen is daardoor overtuigd geraakt van de noodzaak om te versnellen. Dat zie je overal. In de mobiliteit en landbouw is dat voorlopig nog beperkt, maar in de gebouwde omgeving en in de industrie zie je echt heel duidelijk dat veel meer mensen overtuigd zijn van de noodzaak om de energietransitie te versnellen.

Waar je de kar eerst echt moest trekken, stappen mensen nu uit de kar om te helpen duwen. Dat merk ik ook in alle gesprekken die ik voer. Van coöperaties tot banken, en van bedrijven tot gemeenten.

Die gesprekken lopen makkelijker nu mensen een gedeelde overtuiging hebben, maar de energietransitie is nog geen gelopen race. We zijn bezig om onze toekomst vorm te geven zonder dat we over een blauwdruk van dat proces beschikken. Dat levert soms fouten op, maar we moeten dat proces in gang houden en al doende vinden we de beste manieren.”

In hoeverre wordt die innerlijke drive alleen economisch gestimuleerd?
“Het is niet alleen een kwestie van de hoge energieprijzen, maar ook het bewustzijn van de klimaatverandering neemt toe. Alle nieuwsmedia staan vol met verhalen over de miljarden euro’s klimaatschade. We worden constant geconfronteerd met de gevolgen. Dat komt in ons onderbewuste en in combinatie met de hoge prijzen en een angst voor energietekorten zorgt dat voor een innerlijke drive.

Daar komt bij dat dit het draagvlak groter maakt voor normering, zoals energiebesparende maatregelen en energielabels. Dat gesprek gaat nu ook veel makkelijker dan pakweg twee jaar geleden. Mensen hebben een scherpere perceptie van de situatie en dat maakt het nu makkelijker om meer te sturen.”

Hoe vind jij dat het verduurzamen van de elektriciteitsvraag in de gebouwde omgeving vordert?
“Dat vordert, maar we denken nog veel vanuit het oude systeem. We denken nu, mede door de salderingsregeling, vanuit een jaarbalans, wat we per jaar opwekken en gebruiken. Maar het gaat nu ook steeds meer om de pieken en de dalen in opwek en verbruik. Dat kan per dagdeel al enorm verschillen.

We moeten de verduurzaming van de energie in gebouwde omgeving daarom gaan inbedden in een brede systeemvisie. Dat betekent rekening houden met tijdsfactoren en een bredere blik op opweklocaties. Ja, we gaan veel meer elektriciteit decentraal opwekken, maar dat betekent niet dat alles vóór de gebouwde omgeving ook ín de gebouwde omgeving hoeft worden opgewekt. Dat betekent dat we ook uitstapjes moeten maken naar onder andere wind op zee, mobiliteit, opslag en sectorkoppelingen, bijvoorbeeld door middel van power-to-heat.

Het was altijd zo dat we zoveel mogelijk windmolens en zonnepanelen moeten bouwen. Het koppelen van vraag en aanbod bleef lang een vergeten domein, maar hoewel daar nu een omslag in het denken plaatsvindt worden we er al wel snoeihard mee geconfronteerd dat we dit te lang voor ons hebben uitgeschoven.

Je ziet het aan de datacentra die gelijk de netinfrastructuur onder druk zetten, wind- en zonneparken die niet kunnen worden aangesloten enzovoorts. De reflex was om dan maar meer koper in de grond te stoppen en het net te verzwaren, maar dat verandert gelukkig naar slimme oplossingen.”

In hoeverre moet de overheid daarin een sturende rol gaan spelen?
“Het is belangrijk dat de overheid op bepaalde thema’s gaat normeren, bijvoorbeeld met een bidirectionele laadnorm. Een ontwikkelaar van een hernieuwbaar energieproject moet je gewoon een bepaalde netcapaciteit bieden, de rest mag hij zelf oplossen. Of die dat nou met curtailment, opslagcapaciteit of het accepteren van een bepaald boetebedrag doet, dat is aan hem.

Lees ook: Normen nodig voor energietransitie

Deze manier van denken wordt echt belangrijk en gaat impact maken, ook thuis. Biedt mensen een bepaalde hoeveelheid netcapaciteit voor hun zonnepanelen, elektrische auto en warmtepomp en biedt ruimte om zelf de beste oplossing voor hun situatie te bedenken of met behulp van algoritmes te laten regelen. Zo beïnvloed je ook weer menselijk gedrag en je maakt de verzwaringsopgave van de netbeheerders er ook weer eenvoudiger mee.”

Door bijvoorbeeld het btw-nultarief voor zonnepanelen in te voeren en pas in 2025 met de afbouw van de salderingsregeling te willen beginnen, lijkt het kabinet voorlopig nog sterk in te willen zetten op méér zonne-energie in plaats van slimmer om te gaan met zonne-energie. Hoe zie jij dat?
“Het afbouwpad van de salderingsregeling heeft ook als incentive om vraag en aanbod op elkaar af te stemmen. Door de afbouw wordt het steeds aantrekkelijker om je zelf opgewekte zonne-energie ook zelf te gaan gebruiken of op te slaan in batterijen of warmte op het moment van opwekking.

Het btw-nultarief is bedoeld om de groei te accommoderen. Dat zal best even wennen zijn voor bedrijven, maar ik zie dat wel goed komen. Ik zou dat btw-nultarief vooral niet willen beperken tot gewone zonnepanelen, maar ook warmtepompen, PVT- en BIPV-panelen er onder laten vallen. Met name zonthermische panelen vind ik nog echt een onderbelichte en belangrijke techniek.”