China bevriest polysiliciumprijzen, met dalende transportkosten als gevolg
04.10.2022 Jan de Wit
Vorige week kwam het bericht dat de ABN AMRO Transition Commodity Prijsindex met 22 procent was gedaald in de 21 weken die daaraan vooraf gingen. Dat lijkt toch haaks te staan op de verhalen over de steeds verder stijgende prijzen van Chinees polysilicium, maar ook die is gestabiliseerd. Al is het kunstmatig, legt Gerard Scheper, CEO van European Solar, uit: “Ze hebben de prijs gewoon begrenst.”
De prijs van polysilicium bereikte 312 Chinese renminbi, een kleine 45 euro, per kilo eind augustus, het hoogste niveau ooit gemeten. Sindsdien is de prijs nauwelijks meer gestegen, ondanks dat de vraag niet direct kleiner is geworden of dat het aanbod is toegenomen.
“De Chinese regering heeft de regionale autoriteiten gevraagd om actie te ondernemen om de prijsstijgingen te stoppen in de polysiliciumindustrie”, vertelt Scheper. “Daar gaan wij verder niet heel veel spektakel van merken, behalve dat de prijsstijgingen niet verder zullen doorzetten.”
De melding moedigt een verregaande samenwerking aan tussen polysilicium- en wafer-, cel-, glas-, module- en omvormerproducenten. Het roept op tot het creëren van strategische allianties, langetermijnovereenkomsten en technische samenwerking.
“Ze hebben de polysiliciumprijzen gewoon begrenst en willen dat ook verder niet toelichten. De ingangsdatum, het prijsplafond, hoeveel compensatie producenten ontvangen en voor hoe lang het gaat duren is onduidelijk. Dat weigeren ze openbaar te maken.”
“Dat klinkt misschien gek, maar de prijs is ook niet het grootste punt. Dat is de beschikbaarheid van polysilicium en omvormers”, aldus Scheper. “De magazijnen van Europese groothandels raken al behoorlijk leeg. Zonnepanelen hebben ze nog wel, maar bevestigingsmateriaal en met name omvormers raken gewoon op.”
Het tekort aan bevestigingsmateriaal was ook terug te zien in de ABN AMRO Transition Commodity Prijsindex. In de afgelopen periode is er door de Chinese lockdowns – de grootste metaalverbruiker ter wereld, maar ook een grote producent van veel metalen – veel minder staal geproduceerd.
Transportkosten zakken door het ijs
ABN AMRO verwacht dat de wereldwijde staalprijzen voorlopig nog niet zullen gaan stijgen. Vanwege de energiecrisis en een sluimerende wereldwijde recessie is de verwachting dat veel partijen een afwachtende houding zullen aannemen.
Voor China ziet Scheper een andere ontwikkeling. Vorige maand werd al bekend dat de Chinese economie slechts 0,4 procent is gegroeid in het tweede kwartaal van 2022, de laagste groei sinds begin 2020.
“De Chinese overheid heeft daarom verschillende gigawattprojecten naar voren gehaald, die het met subsidie kunnen halen. Hierdoor zal de vraag ook weer gaan stijgen.”
Lees ook: Chinese economie presteert tegenvallend, zonne-energiesector geen uitzondering
Maar niet de logistieke vraag, die blijft laag omdat de Chinese projecten natuurlijk weinig scheepsvaart vragen. “De logistieke kosten zijn door het ijs gezakt, de containervraag is enorm hard gedaald”, ziet Scheper.
“In een paar maanden tijd zijn we van 15.000 dollar naar 5.000 dollar per container gegaan, dat scheelt een dikke eurocent per wattpiek op je project. De Aziatische havencongestie lijkt opgelost en de lockdowns zijn grotendeels voorbij. Maar de vraag is bij welk prijspunt de vraag weer toeneemt, want zolang die kosten blijven dalen zullen veel projectontwikkelaars blijven afwachten.”
Niet heel onlogisch, maar Scheper waarschuwt ervoor om ook weer niet te lang af te wachten. “Na alle gekkigheid van de afgelopen maanden en de onzekere nabije toekomst zou ik gewoon niet nadenken en de transportkosten vastleggen. Een containerprijs à 4.500 dollar is gewoon een goeie prijs”, stelt hij.
“Maar ik begrijp de afwachtende houding wel, te veel verandering is slecht voor de besluitvaardigheid. Bovendien kun je zonder subsidie nog altijd geen zonnepark bouwen, en die heb je gewoon nodig om een vergunning te krijgen en toestemming van de bank en de verzekeraar. En die zijn nu een stuk terughoudender geworden.”
Aardbeving heeft PV-industrie niet geraakt
Dan is er ten slotte nog de waarschuwing die vorige maand kwam, dat een zware aardbeving de Chinese provincie Sichuan had getroffen. Een provincie waarin veel fabrikanten productielocaties hebben gebouwd.
“Hoewel daar een fors aantal doden te betreuren vielen zijn de fabrieken van de PV-industrie niet geraakt. Op het PV-aanbod zal dat geen invloed hebben”, zegt Scheper.
Waar de Chinese PV-industrie overigens wel last van heeft, is een tekort aan talent, zo legt hij uit. “Relatief gezien is het niet zo’n groot tekort als in Nederland, maar het begint wel serieus te worden. Veel Chinese jongeren gaan in het buitenland studeren, maar blijven daar vervolgens hangen vanwege een betere levensstijl, coronabehandeling en individuele vrijheid. De morele verplichting om terug te gaan lijkt minder te worden.”