Investeringen en ondersteuning nodig om Europese zonnepanelenproductie veilig te stellen
26.09.2025 Evelien Schreurs

De Europese branchevereniging voor zonne-energie, SolarPower Europe, doet in een rapport onderzoek naar de huidige staat van zonnepanelenproductie in Europa en wat er nodig is om deze verder uit te breiden. Met name ondersteunend beleid en investeringen op de lange termijn moeten een volledig Europees PV-maakproces mogelijk maken.
“Zonne-energie is wereldwijd de snelst groeiende en meest kosteneffectieve elektriciteitsbron. De toeleveringsketens zijn echter sterk geconcentreerd, waardoor Europa wordt blootgesteld aan operationele, economische en geopolitieke risico's”, start SolarPower Europe het rapport.
Het produceren van een zonnepaneel in Europa is ongeveer 10,3 eurocent per wattpiek duurder dan dezelfde productie in China, stelt SolarPower Europe. “Het verschil is het gevolg van hogere kosten voor apparatuur (+40 procent), gebouwen en faciliteiten (+110 procent), arbeid (+280 procent) en materiaalkosten (+50 procent).” Maar met de juiste maatregelen kan dat verschil verkleind worden.
SolarPower Europe concludeert dat voor een in de EU gevestigde productieketen van zonnepanelen meer investeringen op voorhand nodig zijn, maar dat het uiteindelijk meer economische voordelen oplevert dan een productieketen waar de EU geen onderdeel van is. Productie in de EU levert namelijk banen op en zorgt voor meer belastings- en sociale inkomsten.
Door in te zetten op Europese productie van zonnepanelen zal de energieketen van Europa minder afhankelijk zijn van de Chinese markt. Hiermee zal de energievoorziening in Europa ook minder afhankelijk worden van geopolitieke schommelingen.
Europese productie is haalbaar
Het doel van de Europese Unie om jaarlijks 30 gigawatt aan zonnepanelen te produceren is volgens SolarPower Europe technisch en economisch haalbaar. Belangrijk voorwaarde daarvoor is wel dat er financiële ondersteuning komt in de vorm van subsidies, leningen en andere instrumenten die zorgen voor risicovermindering bij het opschalen van de productie van zonnepanelen in Europa, en die ook de kapitaal- en operationele uitgaven dekken.
Tweede voorwaarde is om ‘Made-in-EU bonuspunten” in te voeren of om op een andere manier voorkeur te geven aan in Europa geproduceerde zonnepanelen.
SolarPower Europe waarschuwt dat zonder deze interventies de Europese maakindustrie moeilijk zal kunnen concurreren met spelers die nu wereldwijd dominant zijn en het risico loopt de industrie die er nu nog is te verliezen. “Omdat het opschalen van productiefaciliteiten doorgaans twee tot drie jaar duurt, is er slechts een smal venster over om de benodigde omstandigheden te creëren voor investeerders om zich in te zetten om productie in de EU te behouden tot 2030.”
Voor het onderzoek heeft SolarPower Europe ook in kaart gebracht waar productiefaciliteiten zich in Europa bevinden en over welke stap in het productieproces van zonnepanelen zij zich ontfermen. In Nederland is de enige vestiging die een stap heeft in het maakproces de fabriek van Solarge, die modules produceert.

SolarPower Europe laat ook zien welke fabrieken zijn aangekondigd om een deel van het maakproces van zonnepanelen uit te gaan voeren. De huidige capaciteit gecombineerd met aangekondigde capaciteit, komt daar een, volgens SolarPower Europe optimistische, capaciteit uit van 9 gigawattpiek voor poly-silicon, 10 gigawattpiek voor ingots, 10 gigawattpiek voor wafers, 27 gigawattpiek voor cellen en 44,6 gigawattpiek voor modules. In Nederland staat geen nieuwe productiecapaciteit gepland.
Volgens SolarPower Europe onderscheidt Europa zich in onderzoek en ontwikkeling van nieuwe solar-technieken. Daarmee is Europa ene belangrijke drijver van innovatie in de sector. Ook heeft Europa als enige regio, naast China, bijna alle stappen van het productieproces van zonnepanelen.
Om deze industrie veilig te stellen is het volgens SolarPower Europe wel nodig dat er investeringen op de langere termijn worden veiliggesteld. Dat gaat om ten minste tien jaar, gezien de tijd die nodig is om het (grootschalige) productieproces op te bouwen.