Het btw-nultarief geldt nu voor zonnepanelen, een vergiftigd geschenk voor de sector

09.01.2023 Jan de Wit

Het btw-nultarief geldt nu voor zonnepanelen, een vergiftigd geschenk voor de sector

Sinds 1 januari dit jaar geldt het zogeheten btw-nultarief voor zonnepanelen. Tot en met vorig jaar betaalden particulieren 21 procent btw over hun zonnepanelen, die zij vervolgens terug konden vragen van de Belastingdienst. Deze handeling komt in de nieuwe situatie te liggen bij de partij die de zonnepanelen installeert, de laatste partij in de keten. Voor de particulier geldt het nultarief. Een administratieve zegen voor de particulier, maar installateurs moeten nu 21 procent voorschieten en dat kan flink in de papieren lopen.

De belangrijkste reden om de btw voor particulieren te verlagen van 21 naar 0 procent is dat het hen en de Belastingdienst werk scheelt. Daarnaast hoopt het kabinet dat hierdoor nog meer particulieren zonnepanelen zullen aanschaffen.

Het btw-nultarief geldt namelijk alleen voor zonnepanelen die worden geïnstalleerd op woningen of bijgebouwen van een woning, bijvoorbeeld een schuur. Een garage, serre, aan- of uitbouw, vakantiewoning, postcoderoosproject en appartementencomplex met een Vereniging van Eigenaren vallen ook onder het nultarief. Ook een pand met een woon- en werkfunctie valt onder het nultarief.

Het btw-nultarief geldt ook voor bijvoorbeeld de aanleg van kabels, het montagemateriaal, optimizers, omvormers en voor de aanpassing van de meterkast. Voor werkzaamheden zoals een dakversteviging voor de zonnepanelen of de installatie van een warmtepomp die op zonne-energie gaat draaien blijft het btw-tarief van 21 procent gelden.

Over BIPV-panelen zegt de Belastingdienst expliciet op zijn eigen website dat het btw-tarief van 21 procent blijft gelden voor geïntegreerde zonnepanelen die ook fungeren als dakbedekking.

Wanneer iemand een jaaromzet van minimaal 1.800 euro uit zijn zonnepanelen haalt of de installatie heeft een vermogen van minimaal 10.000 wattpiek, dan ziet de Belastingdienst deze persoon als btw-ondernemer. In dat geval moet diegene zich als btw-ondernemer aanmelden bij de Belastingdienst en wel btw-aangifte doen. Hiervoor bestaat de kleineondernemersregeling.

Factureren in 2023
Voor de installateur is het daarom belangrijk om te weten of het gaat om een pand met een woon- en, of werkfunctie, dat bepaalt of er 21 of 0 procent moet worden gefactureerd.

Ook de factuurdatum is van doorslaggevend belang. Is de factuurdatum in 2022? Dan geldt het 21 procenttarief nog, ook wanneer het installeren en, of een deel van de betaling in 2023 valt. Is de factuurdatum in 2023? Dan geldt het btw-nultarief.

Als er geen aanbetaling is gedaan, dan moet de factuurdatum uiterlijk de vijftiende dag zijn van de maand na de levering en installatie van uw zonnepanelen. Een factuur te lang uitstellen zodat een particulier onder het btw-nultarief zou vallen mag dus niet. Als er wel een aanbetaling moet worden gedaan, moet er ook een factuur zijn voor de aanbetaling. Op die factuur moet tenminste het bedrag van de aanbetaling en de btw vermeld staan.

Wat is het probleem?
In de oude situatie kon een installateur 21 procent btw aan een particulier factureren. In de nieuwe situatie hoeft de installateur weliswaar niet langer btw te factureren aan de particulier, maar die 21 procent btw moet wel worden betaald.

Uiteindelijk kan de installateur dit bedrag weliswaar weer terugvragen van de Belastingdienst, waardoor het geen blijvende kosten zijn, maar op meerdere installaties per week 21 procent voorschieten loopt aardig in de papieren. Veel kleine installateurs beschikken niet over dusdanig veel financiële middelen dat zij zo’n bedrag voor kunnen schieten.

Holland Solar en Techniek Nederland hebben eerder al hun zorgen geuit richting Marnix van Rij, staatssecretaris van Financiën, maar het wetsvoorstel is onaangepast aangenomen en sinds 1 januari in werking getreden. De brancheorganisaties maken zich zorgen dat dit “grote consequenties heeft voor de benodigde kasliquiditeit van installateurs”.

Zij schatten de overbruggingsperiode op zo’n drie maanden omdat de meeste btw-aangiftes per kwartaal worden ingediend. Het afhandelen van de btw-aangiftes kunnen ook nog eens zes tot acht weken duren. Dit zal volgens de brancheorganisaties niet alleen gevolgen hebben voor de installateurs.

“Dit gaat, zelfs voor kleine installateurs, al snel om tienduizenden euro’s per maand”, stellen Holland Solar en Techniek Nederland. “Om deze reden verwachten Holland Solar en Techniek Nederland dat installateurs naar het buitenland zullen uitwijken voor het inkopen van hun zonnepanelen. Dit zal grote gevolgen hebben voor Nederlandse groothandelaars.” Zij stellen daarom voor de hele keten vrij te stellen van btw.

Ten slotte merken zij op dat deze regeling een “ongelijk speelveld” creëert tussen PV-systemen en PVT- en BIPV-systemen.