Leveren zonnepanelen nog wel iets op? Ja!
04.03.2025 Robin Quax Programmamanager hernieuwbare elektriciteit bij TKI Urban Energy

Nu de salderingsregeling dan toch écht lijkt te gaan stoppen (in 2027) staat de residentiële markt voor zonnepanelen flink onder druk. De afschaffing werpt z’n schaduw ver vooruit, waardoor 2024 een ronduit slecht jaar was voor veel installateurs. Hoe zijn we hier terechtgekomen en gaan zonnepanelen ooit nog iets opleveren? Spoiler-alert: ja dat doen ze gewoon nog steeds en blijven ze doen.
Gisteren: zonnepanelen no-brainer voor klimaat en portemonnee
Door de salderingsregeling kon je je jaarlijkse opwek tegen je verbruik wegstrepen. Terwijl de energiekosten voor consumenten jarenlang contact bleven rond de 20 cent per kilowattuur, daálden de kosten voor een zonnesysteem juist hard. Dit leidde tot een steeds aantrekkelijker investering. Het argument ‘goed voor het milieu’ werd minder belangrijk, en ‘goed voor de portemonnee’ steeds belangrijker. Al hou ik niet van de term: de terugverdientijd ging hard richting de vijf jaar of zelfs korter. In 2021/2022 namen de elektriciteitsprijzen enorm toe. Ook zonnepanelen werden flink duurder door de plotseling toegenomen vraag, maar nog altijd minder dan de elektriciteitsprijzen, waardoor het nog steeds een zeer aantrekkelijke investering bleef. Verkoopcijfers gingen door het dak!
Vandaag: nog steeds een goed idee
Hoe anders is het sentiment nu. Door de terugleverheffingen en de aankomende saldeerstop zijn de verkoopcijfers ingezakt. Iedereen die recent panelen heeft aangeschaft maakt zich zorgen over de investering. En daarbovenop komt nog alle berichtgeving over netcongestie en negatieve prijzen zodat veel mensen denken dat we al veel te veel zonnestroom opwekken. Maar is dat terecht?
Om met het laatste te beginnen: een nieuw zonnestroomsysteem in Nederland is nog steeds een goede daad tegen klimaatverandering. We hebben in 2050 naar verwachting nog minstens vier keer tot wel tien keer zoveel zonnestroom nodig. Die stroom wordt dan grotendeels niet direct verbruikt, maar op allerlei manieren via opslag en conversie. Dat is nu nog duur, vandaar de berichten dat we ‘teveel’ zonnestroom hebben. Kijken we naar de cijfers, dan valt dat erg mee: afgelopen jaar is maar 5 procent van de hernieuwbare opwek verloren gegaan door afschakelen. De overige 95 procent is gebruikt en heeft ergens in Europa CO2-uitstoot uit een kolen- of gascentrale vermeden. Dus voor het klimaat een goed idee!
En het financiële rendement voor huishoudens dan? Even rekenen: een systeem van 10 panelen van 400 wattpiek kost je nu zo’n 4.500 euro en levert rond de 3.500 kilowattuur op. Verbruik je jaarlijks ook 3.500 kilowattuur, dan is ongeveer 30 procent daarvan direct van eigen zonnestroom. Met de huidige stroomprijzen van tegen de 30 cent per kilowattuur is het rendement dan vergelijkbaar met ongeveer 2 procent spaarrente op een bankrekening. Dat klinkt niet zo spectaculair, maar wel een hele belangrijke constatering. Nog een keer samengevat: puur door het stuk direct eigen verbruik, waar je niks slims of ingewikkelds voor hoeft te doen en waar zwabberend overheidsbeleid niets aan kan veranderen, zijn zonnepanelen een zinvolle en zekere financiële investering. Al het andere is winst! Hogere stroomprijzen door een volgende energiecrisis? Winst! Toch nog een beetje vergoeding voor die 70 procent die je teruglevert? Winst! Meer direct verbruik door de aanschaf van een warmtepomp, elektrische auto of airco? Winst!
Morgen: met opslag erbij de volgende stap in de energietransitie
Je kunt het eigen verbruik van zonnepanelen dus wel iets verhogen, maar een echte stap maak je met een thuisbatterij. Van 30 procent naar 60 procent is goed haalbaar. Maar is dat niet duur en slecht voor het milieu? Allebei half waar. Ja, batterijen zijn milieubelastend door mijnbouw en de CO2-uitstoot tijdens productie. Maar gebruik je die batterij om meer eigen zonnestroom te verbruiken, dan verdien je die uitstoot tientallen keren terug. En de grondstoffen kunnen we waarschijnlijk goed hergebruiken. Dus opnieuw: voor het klimaat een goed idee!
Weer een rekensom voor de financiën: bij het voorbeeld van zonet plaatsen we een thuisbatterij van 6 kilowattuur die het eigen verbruik van 30 procent naar 60 procent verhoogt. Dat kost je nu tussen de 3.000 en 4.000 euro. Een batterijlevensduur van 20 jaar is realistisch omdat de batterij minder cycli maakt dan batterijen die handelen. Dan levert deze investering nu al een financieel rendement van 3,5 procent op. Met weinig risico. Niet slecht!
En de prijzen van batterijen dalen nog steeds heel hard. Ze volgen een vergelijkbare leercurve als zonnepanelen: met elke verdubbeling van de productie nemen de kosten met een vast percentage af. 200 euro per kilowattuur voor thuisbatterijen in 2027? Niet ondenkbaar. Dan vliegt het rendement in dit voorbeeld opeens naar 9 procent. Met weinig risico. Knappe jongen die daar nee tegen zegt.