De meeste zonne-energie per persoon, toch trekken donkere wolken zich samen boven Nederland

25.01.2022 Jan de Wit

De meeste zonne-energie per persoon, toch trekken donkere wolken zich samen boven Nederland

Eind vorig jaar is Nederland Duitsland voorbijgegaan als land met de meeste PV-capaciteit per persoon in Europa. Wereldwijd moet alleen Australië voorgelaten worden. Een mooi mijlpaal, maar er vallen ook wel een aantal kanttekeningen bij te plaatsen, want een behoorlijk demping van de groei dreigt.

Eind vorig jaar organiseerde het Voortgangsoverleg Klimaatakkoord het congres Dag van het Klimaatakkoord in het NBC in Nieuwegein. Hier was ook Martien Visser, lector Energietransitie en Netwerken aan de Hanzehogeschool Groningen, aanwezig.

Visser is ook wel bekend van ‘de grafiek van de dag’, een dagelijkse grafiek over de energietransitie die hij op Twitter publiceert. Voor de Dag van het Klimaatakkoord vatte hij de energietransitie samen in twintig grafieken, met aandacht voor de groei van PV.

Toen voorspelde Visser al dat Nederland Duitsland voorbij zal gaan in aandeel zonne-energie, omdat Nederland “in duurzame stroom de snelste stijger” is.

Ook in vergelijking met andere technologieën ziet hij dat PV er goed opstaat. “Als we stappen willen maken met bestaande technologie kost dat 5 tot 7 jaar. Nieuwe infrastructuur (netwerken) kost 10 tot 15 jaar voorbereiding, introductie van nieuwe technologie (inclusief kernenergie) 15 tot 25 jaar.”

Het EU Market Outlook For Solar Power 2021 – 2025, dat eind 2021 uitkwam, laat zien dat Nederland eind 2020 over 3 gigawatt PV-capaciteit en dat er nog eens 12 gigawatt in de pijplijn zat. Met 765 watt per persoon is Nederland sindsdien koploper van Europa, zo merkte Sven Goethals, head of sales BeNeLux bij BayWa, op LinkedIn op.

‘Nederland rukt op dankzij het Energie- en Klimaatakkoord’
De enorme groei van PV heeft een belangrijke bijdrage geleverd aan het feit dat Nederland “nu circa 33 procent hernieuwbare elektriciteit” heeft. Maar Visser merkt nog iets anders op. “Hernieuwbare energie blijft achter bij hernieuwbare elektriciteit.”

In duurzame energie scoort Nederland “slecht”, ziet hij, maar hij plaatst daar ook een kanttekening bij. De Europese lidstaten gebruiken “vooral biomassa als hernieuwbare bron” en “sommige landen hebben bovendien veel (oude) stuwmeren”.

Wanneer dit niet wordt meegerekend staat Nederland in de middenmoot. En uit de Klimaat- en Energieverkenning 2021 blijkt dat Nederland in 2030 op 19,8 procent hernieuwbare energie zit, exclusief biomassa en stuwmeren. “Nederland rukt dankzij het Energie- en Klimaatakkoord op van een matige middenmoter naar de Europese kopgroep”, aldus Visser.

Dat was ook wel nodig, want de Europese afspraak om 14 procent hernieuwbare energie te halen in 2020 heeft Nederland alleen kunnen halen dankzij een ‘statistical transfer’ met Denemarken, waarbij Denemarken zijn overschot tegen betaling ‘overmaakt’ naar Nederland.

Daarbij ziet Visser dat er verschillen beginnen te ontstaan tussen verschillende sectoren. “Het Europese emissiehandelssysteem (ETS – elektriciteit, industrie en interne Europese luchtvaart) werkt prima. De echte NL opgave zit echter in de non-ETS sectoren.”

Netcongestie is nu dé uitdaging van de energietransitie
“Op het eerste gezicht is het fantastisch nieuws dat Nederland na Australië de hoogste PV-dichtheid - ofwel de grootste opwekcapaciteit per persoon - ter wereld heeft. Maar wie onder de motorkap kijkt, ziet dat de Australiërs op een ander cruciaal vlak mijlenver op Nederland vooruitlopen: de lokale opslag van zonnestroom”, stelt Roebyem Anders, initiatiefnemer van ZonNext en bestuurslid van Sungevity International, op LinkedIn.

Ook Visser is ervan overtuigd dat er wat moet veranderen. “Nu al produceren alle duurzame bronnen soms samen al meer stroom dan we zelf nodig hebben, in 2030 zal dat in ongeveer een kwart van de tijd zo zijn. We moeten dus nu aan de gang met vraagsturing, batterijen en opslag. Maar er gebeurt niks.”

In andere Europese landen is men al wel aan de slag gegaan met energieopslag. En het slaat aan, ziet Anders. “Bijna een op de tien nieuwe zonnesystemen in Australië heeft een batterij tegen vrijwel geen enkel systeem in Nederland. In België kocht de helft van onze klanten dit jaar een zonnesysteem in combinatie met een batterij. Ook op de rest van Europa - waar gemiddeld 7 procent van alle zonnesystemen een batterij heeft - bungelt Nederland ouderwets achteraan. ”

Hoewel er steeds meer stemmen opgaan in de sector, waaronder vanuit de netbeheerders, om energieopslag te gaan stimuleren, komt daar in Nederland nog weinig van terecht. De laatste SDE++-ronde ging hoofdzakelijk naar het afvangen van CO2 en in het introductiedossier voor de ministers van Economische Zaken en Klimaat werd voorgesteld om de afbouw van de salderingsregeling uit te stellen.

Nu netcongestie steeds vaker opspeelt is er volgens Anders juist aandacht nodig voor flexibel gebruik. “Een goed elektriciteitsnetwerk is de basis voor een geslaagde energietransitie. De oplossing is helder: de overheid moet grootschalig investeren. Lokale opslag in buurt of thuisbatterij is een goed middel om de spanning op het netwerk te verlagen.”