Gaat RET-metronet het stroomtekort bestrijden?
06.04.2023 Simone Tresoor

De Rotterdamse stadsvervoerder RET is bezig met een aanvraag bij Autoriteit Consument Markt (ACM) om elektriciteit te mogen leveren aan laadpleinen via het metronetwerk. Hoewel vervoerders elektriciteit mogen leveren aan derden, is dit proces juridisch zeer complex. De RET stuit op verschillende wettelijke voorwaarden, schrijft Ovpro.
“Het belang van dit verhaal voor Nederland is groot”, zegt initiatiefnemer Leo Vliegenthart van de RET. De RET is nu een half jaar bezig met de daadwerkelijke aanvraag en hoopt het deze zomer in te dienen. Het idee om het elektriciteitsnetwerk maatschappelijk in te zetten, speelt als sinds 2015.”
Elektriciteitswet
De vervoerder wil het metronetwerk inzetten om laadpleinen van elektriciteit voorzien. Dat kan op plekken in Rotterdam waar netbeheerder Stedin geen aansluiting heeft. Het gaat om hoge vermogens van boven de 1,75 MVA, waarmee bijvoorbeeld bussen en zware voertuigen mee zouden kunnen worden geladen. Het geeft de netbeheerder ruimte omdat ze geen kabels hoeven te vernieuwen of uit te breiden.
De ACM verwijst door naar de Elektriciteitswet uit 1998. Daarin staat in artikel 15 dat ontheffing voor een gesloten distributiesysteem (GDS) verleend kan worden onder verschillende voorwaarden. De ACM geeft groen licht als aan alle voorwaarden is voldaan.
Het gaat om een gesloten distributiesysteem. Dat is bedoeld voor plaatsen waar een lokaal net wordt beheerd door iemand anders dan een netbeheerder. Denk daarbij aan zware industrie waar bedrijven met elkaar zijn verbonden en zelf een elektriciteitsnet beheren met een hoog vermogen.
Iedereen kijkt aandachtig naar de progressie die de RET boekt
Toch gaat de RET een aanvraag doen bij de ACM voor een wet die lastig toe te passen is. “Het belang voor Nederland hiervan is groot”, zegt Vliegenthart. “Maar het net kan ook ingezet worden door andere ov-vervoerders. Ook in Europa spelen dezelfde vraagstukken en iedereen kijkt aandachtig naar de progressie die RET boekt. Mocht het een succes zijn, dan kan de opening voor anderen makkelijk zijn.”
Het eerste bezwaar waar RET tegenaan loopt is het eigenaarschap. In de voorwaarden staat dat er een duidelijk eigenaar van het elektriciteitsnet moet zijn en er zijn meerdere eigenaren van het metronetwerk. RET is geen juridisch eigenaar en dat vormt meteen een probleem. Alleen de juridisch eigenaar kan namelijk een ontheffing aanvragen.
Aan RET de taak om alle verschillende partijen samen te brengen en alle neuzen dezelfde kant op te krijgen. Allemaal om de ACM ervan te overtuigen dat RET dit namens de eigenaren mag doen. Dat goed op papier krijgen is immens ingewikkeld.
Een andere wettelijke beperking waar RET op stuit, is de hoeveelheid elektriciteit die zij mogen leveren. De vervoerder moet de meerderheid van de elektriciteit op het netwerk zelf gebruiken. “Dan kan minister Jetten zeggen dat het wettelijk mogelijk is”, vult Vliegenthart aan. “Maar hier kan de politiek wel een bijdrage aan leveren. Ze kunnen aangeven dat het noodzakelijk is en de procedures veranderen om de aanvraag voor vervoerders te vereenvoudigen. Als het politiek gedragen wordt, kan je dingen veranderen.”
Gemeente Rotterdam wil wel
Gemeente Rotterdam heeft de brede samenwerking met RET op dit vlak inmiddels ondertekend. De gemeente heeft namelijk als doel om het gehele wagenpark te elektrificeren en laadpleinen aangesloten op het metronetwerk helpen daarbij. Achter het project van RET zit geen winstoogmerk.
RET is positief over het proces. Het is de eerste aanvraag van deze soort van een ov-bedrijf. Het zou zomaar kunnen dat ACM zegt dat ze geen besluit kunnen nemen omdat de wet onduidelijk is. Dan stappen ze naar de Tweede Kamer voor advies. Dan zit je zomaar aan een halfjaar extra vertraging. Er zijn heel veel onzekerheden.
“Het uiteindelijke succes moet nog blijken zodra het goedgekeurd is, maar dat we deze stappen al voor elkaar hebben gekregen is heel mooi. Het is allemaal de kracht van het doorzetten. Geloof wil niet zeggen dat alles slaagt, maar het levert wel de mogelijkheden. De gedachte dat het niet kan, hebben we al overwonnen. Als maatschappij en organisatie denken we wat dat betreft anders dan tien jaar geleden.” Ook als het niet lukt is RET positief. “Dan is het aan de volgende generatie om hier verder mee te gaan”, besluit Vliegenthart.