IEA: 'Snellere energietransitie met zonne-energie, ondanks geopolitieke onzekerheden'
21.10.2024 Gijs de Koning
“Energieveiligheid en klimaatactie gaan hand in hand: de wereld hoeft niet te kiezen tussen het waarborgen van betrouwbare energievoorziening en het aanpakken van de klimaatcrisis”, stelt Fatih Birol, directeur van het Internationaal Energieagentschap (IEA), in de World Energy Outlook 2024. Het blijft essentieel om toegang tot betaalbare energie te garanderen, met bijzondere aandacht voor de groei van zonne-energie in de aankomende. Het is belangrijk om risico’s van elektrificatie te anticiperen, de toeleveringsketens van grondstoffen voor zonnetechnologieën te beveiligen en de impact van extreem weer als gevolg van klimaatverandering op de energievoorziening te beperken.
Het thema van energiezekerheid staat centraal in de World Energy Outlook 2024. Geopolitieke spanningen, de oorlogen in Oekraïne en het Midden-Oosten, en de fragmentatie van landen vormen een bedreiging voor internationale coördinatie van de energietransitie. Volgens het IEA zijn er tussen 2020 en 2024 bijna tweehonderd handelsmaatregelen genomen die van invloed zijn op duurzame energietechnologieën. In de vijf jaar daarvoor waren dat er slechts veertig.
Vooral landen met minder ontwikkelde economieën hebben te lijden onder de impact van klimaatverandering, mede veroorzaakt door de energievraag van rijkere landen, terwijl ze zelf over de minste middelen beschikken om actie te ondernemen. “Het grootste onrecht is dat honderden miljoenen mensen, voornamelijk in Afrika, geen toegang hebben tot basisenergiebehoeften zoals elektriciteit of veilige kookmethoden”, aldus Birol.
Ondanks de versnelling van de adoptie van duurzame energiebronnen in de afgelopen jaren ziet het IEA op korte termijn grote onzekerheden. Dit komt doordat het onduidelijk is hoe overheidsbeleid en industriële strategieën zich verder zullen ontwikkelen. Er bestaat een risico dat door de kosten van duurzame energie en de stabiliserende prijzen van fossiele brandstoffen, overheden en industrieën vaker voor fossiele brandstoffen zullen kiezen.
Daarnaast hebben hoge elektriciteits- en brandstofprijzen een grote invloed op het stemgedrag in 2024. Verkiezingen in landen die samen verantwoordelijk zijn voor de helft van de wereldwijde energieconsumptie maken de toekomst van de duurzame energiesector onzeker, zo schrijft het IEA.
Het agentschap verwacht dat de markt voor duurzame energie de komende jaren meer in balans zal komen. De prijzen van zonnepanelen en batterijen zullen naar verwachting dalen door de uitbreiding van productiecapaciteit en concurrentie tussen leveranciers. Hoewel de groei van duurzame energie in een periode van schommelende fossiele brandstofprijzen plaatsvond, verwacht het IEA dat de markt zich ondanks geopolitieke instabiliteit zal stabiliseren. Het is nu aan beleidsmakers en consumenten om te kiezen tussen fossiele brandstoffen en duurzame energie.
Groei bijgeplaatst vermogen zonnepanelen blijft toenemen
In 2023 is de groei in het bijgeplaatst vermogen aan zonnepanelen met 80 procent toegenomen schrijft het IEA. China is verantwoordelijk voor het grootste gedeelte van deze groei. Het vermogen aan zonnepanelen in China is met een factor 2,5 gegroeid in 2023. China was daarmee verantwoordelijk voor 60 procent van het bijgeplaatste vermogen wereldwijd. Door deze groei zijn ook de kosten voor zonnepanelen met 50 procent afgenomen sinds December 2022.
Wereldwijd is er nu circa 1,6 terawatt aan zonnepanelen beschikbaar. Het IEA verwacht dat dit in 2036 9 tot 12 terawatt gaat zijn. Hiermee zal wordt zonne-energie de snelst groeiende bron van elektriciteit.
Wel schrijft het IEA dat deze groei nu mogelijk is omdat er genoeg toevoer is van grondstoffen naar de productie is China. Als deze toevoer schaarser begint te worden zal de productie van zonnepanelen minder kunnen leunen op de capaciteit van China. Het IEA stelt dat: “Periodes van ruime aanbod maken het leven moeilijk voor nieuwe toetreders, maar het verbeteren van de veerkracht en diversiteit van de toeleveringsketens voor schone energietechnologieën en kritieke mineralen blijft een essentiële taak. Op dit moment zijn deze toeleveringsketens sterk geconcentreerd in China.”
Het is daarom noodzakelijk om de toevoerstromen te differentiëren en meerdere productielijnen op te zetten in markten buiten China om de groei in stand te kunnen houden. Het IEA schrijft ook dat als dit gebeurd, er wereldwijd voldoende capaciteit beschikbaar is op de zonnepanelen productie nog harder te laten groeien.
Energievraag groeit, maar piek fossiele brandstoffen in zicht
Voor het eerst verwacht het IEA dat de vraag naar fossiele brandstoffen tegen het einde van dit decennium niet verder zal stijgen, mede dankzij de energietransitie. Hoewel de transitie heeft geleid tot een toename van de totale energievraag, wordt deze nu gedeeltelijk ingevuld door duurzame energie. Toch wordt nog steeds twee derde van de energievraag gedekt door fossiele brandstoffen.
De vraag naar elektriciteit is de afgelopen tien jaar sterk gegroeid, met China verantwoordelijk voor twee derde van deze toename. Het IEA heeft zijn verwachting voor de elektriciteitsvraag in 2035 naar boven bijgesteld: de totale vraag zal naar verwachting 6 procent hoger liggen dan in eerdere voorspellingen, wat neerkomt op 2.200 terawattuur extra. De oorzaken zijn onder andere industriële consumptie, elektrisch vervoer, koeling, datacenters en de opkomst van kunstmatige intelligentie.
Onzekerheid over energie vraagt om flinke investeringen
De energietransitie en de toenemende vraag naar elektriciteit zorgen voor groeiende onzekerheid rondom energiezekerheid. Het IEA benadrukt dat er fors geïnvesteerd moet worden in de elektriciteitsinfrastructuur en de flexibiliteit van netwerken. Er moet een balans worden gevonden tussen investeringen in het elektriciteitsnet en in batterijopslagsystemen, om seizoensgebonden en dagelijkse schommelingen in de energievraag op te vangen.
Hoewel er positieve ontwikkelingen zijn in het meest waarschijnlijke scenario van het IEA, blijft de wereld met het huidige energiebeleid op koers voor een opwarming van ongeveer 2,4 graden Celsius tegen 2100. Dit vergroot het risico op aanzienlijke schade door klimaatverandering. Het blijven gebruiken van fossiele brandstoffen zal de kosten en schade verder doen toenemen, terwijl een snelle overgang naar duurzame energiebronnen zowel de kosten zal verlagen als de positieve effecten zal versterken naarmate deze sneller plaatsvindt.