Leveranciers en klanten moeten gevolgen van einde salderingsregeling contractueel regelen
27.06.2025 Sjoerd Rispens

De salderingsregeling gaat stoppen, maar wat als je voor die tijd toch contractueel vastlegt dat je nog mag salderen? Zodra het einde van de salderingsregeling van kracht is, moeten energieleveranciers en klanten de gevolgen met elkaar regelen. Dat schrijft Sofie Hermans, demissionair minister van Klimaat en Groene Groei, op vragen van CDA-fractievoorzitter Henri Bontebal. Mochten de partijen er dan niet uitkomen moeten ze volgens Hermans naar de rechter om het op te lossen.
Bontebal stelde de Kamervragen omdat onder meer Kassa in mei meldde dat miljoenen zonnepaneelhouders recht zouden blijven hebben op salderen, ook al stopt de regeling op 1 januari 2027. Volgens Kassa was dat omdat consumenten met energieleveranciers hebben afgesproken dat terug geleverde en geleverde stroom tegen elkaar worden weggestreept. Energieleveranciers kunnen niet zomaar van die contractuele salderingsafspraak af.
Hermans houdt zich in het antwoord op die vraag nogal op de vlakte: “Volgens de privaatrechtelijke verhouding tussen de klant en een energieleverancier en zal dit afhankelijk zijn van de specifieke inhoud van de voorwaarden en omstandigheden van het geval. Vanaf 1 januari 2027 treedt de Wet beëindiging salderingsregeling in werking. De bepalingen over het salderen van elektriciteit, die vanaf 1 januari 2026 in de Energiewet geregeld wordt, komen dan te vervallen.”
“Er bestaat vanaf 1 januari 2027 dus geen wettelijke plicht meer voor leveranciers om de ingevoede en onttrokken elektriciteit met elkaar te verrekenen voor het bepalen van de in rekening te brengen leveringskosten.” De wet regelt niet hoe de leveranciers de gemaakte kosten in rekening moeten brengen. De leverancier en de klant moeten dat duidelijk vastleggen in een contract, maar ook daarvoor stelt de wet geen kaders of regels.
Hermans roept leveranciers op zo duidelijk mogelijk te zijn richting klanten over de voorwaarden en wijzigingen. “Als consumenten het niet eens zijn met de wijziging van de overeenkomst, kunnen zij in eerste instantie in contact treden met hun leverancier. Mochten zij er met hun leverancier niet uitkomen, dan hebben consumenten ook de mogelijkheid om een klacht in te dienen bij de Geschillencommissie of zich tot de burgerlijke rechter te wenden.”
Weinig contracten die doorlopen tot na 2027
Voor wat betreft het fiscale deel geeft Hermans stelliger antwoord. “In de Wet belastingen op milieugrondslag door de Wet beëindiging salderingsregeling vervalt. Daarin is bepaald dat over gesaldeerde elektriciteit geen energiebelasting wordt geheven. Met andere woorden: vanaf de inwerkingtreding van de Wet beëindiging salderingsregeling geldt er geen vrijstelling van belastingen meer voor geleverde elektriciteit die wordt gesaldeerd. Leveranciers zijn vanaf 1 januari 2027 dus verplicht deze belastingen door te berekenen.
Een andere vraag van Bontebal was hoe groot Hermans het risico acht dat dat er grote ongelijkheden zullen ontstaan tussen consumenten met zonnepanelen die wel een nieuw energiecontract hebben getekend waarin het recht op salderen vervalt en consumenten die dat niet hebben. “De verwachting is dat er weinig contracten zijn die zijn afgesloten die doorlopen tot na 1 januari 2027. Voor contracten die na bekendmaking van die wet zijn afgesloten of worden verlengd en doorlopen tot na die datum zal gelden dat leverancier hun voorwaarden hier zo nodig op hebben aangepast.” Maar ook in deze gevallen gaat het kabinet er geen oordeel over geven, besluit Hermans.