Wanneer komt het omslagpunt voor de thuisbatterij?

30.06.2021 Simone Tresoor

Wanneer komt het omslagpunt voor de thuisbatterij?

Hoewel de prijs voor batterijtechnologie de laatste jaren sterk is afgenomen, is de rendabiliteit van thuisbatterijen nog steeds laag in Nederland, blijkt uit een onderzoek van Dutch New Energy Research (DNE). Het volledig salderen van de opgewekte elektriciteit uit zonnepanelen met het eigen verbruik voorkomt het ontstaan van prikkels die zelfconsumptie stimuleren. Juist nu er steeds meer grootschalige opwek en panelen op daken van woningen bijkomen, wordt het belang van dergelijke prikkels steeds groter.

De voorgestelde afbouw van de salderingsregeling is een eerste stap, maar draagt in de huidige vorm beperkt bij aan het ontstaan van nieuwe prikkels om zelfconsumptie te verhogen met een thuisbatterij, beweert DNE Research. Om deze ontwikkeling inzichtelijk te maken verschijnt er deze zomer in de Dutch Solar Quarterly, een uitgave van DNE Research, een online tool die de rendabiliteit van thuisbatterijen beschrijft.

Online tool vergelijkt
Met de tool kunnen verschillende business cases en beleidsvarianten worden vergeleken. Zo komt bijvoorbeeld naar voren dat zonder de salderingsregeling een PV-systeem plus een thuisbatterij in veel gevallen een rendabelere optie is dan alleen een PV-systeem, of dat met afbouw van saldering een compacte batterij (<3kWh) het eerst interessant wordt. Afhankelijk van beleid en elektriciteitsprijzen zijn veel uiteenlopende scenario’s mogelijk. Als hulpmiddel bij die onzekerheid wordt het model binnenkort beschikbaar gesteld aan licentiehouders.

‘We zien een toename van klanten die autonoom willen zijn in hun energie-opslag’

Thuisbatterijenfabrikanten zeggen wel een lichte toename in de aanschaf te zien. Zo vertelde Frans van Spreuwel, productspecialist bij Alius, leverancier van de Greenrock zoutwaterbatterij, onlangs: “We zien een toename van klanten die autonoom willen zijn in hun energie-opslag en direct hun eigen elektriciteitsproductie willen verbruiken. Veel mensen die maatschappelijk verantwoordelijk bezig zijn schaffen er een aan. Zo hebben we veel particuliere klanten die een tiny house bezitten. Ook kunnen we, na het stopzetten van de terugtellende teller in België, veel zuiderburen tot onze klanten rekenen.”

Wat wel veel fabrikanten momenteel al doen is hun omvormers geschikt maken voor een koppeling met een accu. Ook dit lijkt voor de consument en de leverancier een slimme keuze voor de toekomst.

‘Salderen blijft het grootste obstakel’
Wat kan de overheid doen om de aanschaf van thuisbatterijen nu al te stimuleren? Daan Jansen, onderzoeker bij DNE Research: “Subsidie kan helpen, maar het grootste obstakel blijft het salderen. Met deze regeling functioneert het elektriciteitsgrid in feite als je persoonlijke batterij. Zolang het salderen blijft maak je een batterij financieel onaantrekkelijk. Een snelle groei in PV is belastend voor het energienetwerk. Batterijen kunnen daarbij helpen, maar dat blijft vooralsnog op de achtergrond in Nederland. We zien dat onze buurlanden pro-actiever omgaan met het stimuleren van energie-opslag.”

‘In vijf jaar tijd kan er nog veel gebeuren’
Jansen: “Er zijn nog veel zaken moeilijk te voorspellen die van invloed kunnen zijn op de koop van batterijen in de toekomst. Wat gaan de energieprijzen bijvoorbeeld doen? Kunnen consumenten dan ook kiezen voor een variabele prijs? Een fluctuerende energieprijs maakt een thuisbatterij aantrekkelijk. Zeker als je dat gaat doen op een slimme manier via smart controls. Dan heb je de mogelijkheid de batterij op te laden op het moment dat de prijs laag of zelfs negatief is en kun je verkopen wanneer de prijs piekt. Daarmee help je ook mee aan het stabiliseren van de markt en het minimaliseren van gridcongestie. Maar dat is momenteel nog moeilijk te voorspellen en daarom werken wij met scenario’s. Als de elektriciteitsprijzen stabiel blijven en salderen vanaf 2023 wordt afgebouwd dan zien we dat de batterij pas rond 2026 een onbetwiste meerwaarde gaat leveren. Vanaf dan zal het hard gaan, maar in vijf jaar tijd kan er nog veel gebeuren.”