Waterstofmarkt moet jaarlijks met 90 procent groeien om potentieel te bereiken

07.10.2024 Sjoerd Rispens

Waterstofmarkt moet jaarlijks met 90 procent groeien om potentieel te bereiken
©Groenleven

De investeringen en het aantal projecten in de productie van waterstof met lage emissie zijn het afgelopen jaar wereldwijd verdubbeld ten opzichte van 2023. Dat blijkt uit het jaarlijkse onderzoek van het International Energieagentschap (IEA). Maar volgens de onderzoekers is overheidssteun hard nodig om de projecten ten uitvoer te brengen. In Latijns-Amerika liggen echter heel veel kansen om waterstof met lage emissie te produceren.

Als alle projecten wereldwijd volledig ten uitvoer worden gebracht, kan de waterstof met lage emissie in 2030 uitkomen op 50 miljoen ton per jaar. Hier zitten wel een paar haken en ogen aan volgens de onderzoekers. Ten eerste moet de waterstofsector tot 2030 jaarlijks met 90 procent groeien. Dat is veel groter dan de groei die bijvoorbeeld de zonnepanelensector maakte op haar hoogtepunt.

Ten tweede zitten veel projecten nog in de planningsfase of hebben met vertraging te maken. De vertraging is vooral te wijten aan financiële hobbels, problemen met vergunningen en operationele moeilijkheden.

Aanbevelingen
De onderzoekers doen enkele aanbevelingen om de waterstofproductie te verhogen. Zo zouden overheden sterkere maatregelen moeten nemen om de vraag naar waterstof te stimuleren. Er bestaan hier al mandaten en quota’s voor, maar moeten volgens de onderzoekers breder worden ingezet. Overheden kunnen tevens profiteren van de kansen die bestaande waterstofgebruikers in de staal- en scheepvaartsector.

Overheden moeten daarnaast gerichte steun bieden aan projectontwikkelaars in de opschalingsfase om de kostenkloof tussen waterstof met lage uitstoot en onverminderde waterstof te overbruggen. Tijdige ondersteuning is van cruciaal belang om investeringsbeslissingen te nemen. Regeringen moeten ook op de lange termijn zichtbaarheid bieden in het niveau en de vorm van ondersteuning, zodat ontwikkelaars duidelijkheid hebben over toekomstige businesscases.

De onderzoekers verwachten dat de steunniveaus geleidelijk zullen afnemen naarmate de sector meer volwassen wordt en de kosten zullen dalen. Naast subsidies kunnen overheden ook andere beleidsopties onderzoeken zoals garanties voor leningen, exportkredietfaciliteiten en publieke aandeleninvesteringen wat kan helpen het investeringsrisico te verminderen en de kapitaalkosten te verlagen.

De productie van waterstof bereikte in 2023 97 megaton. Slechts 1 procent daarvan was afkomstig van lage emissies. De geïnstalleerde capaciteit van de waterelektrolyser bedroeg eind 2023 1,4 gigawatt en zou tegen eind 2024 5 gigawatt kunnen bereiken. China loopt voorop als het gaat om gecommitteerde projecten en zou in 2024 bijna 70 procent van de capaciteit kunnen produceren.

Ongeveer 40 procent van de geplande waterstofproductieprojecten met lage emissies zijn voltooid in regio's met waterschaarste, waar diverse waterbronnen worden gebruikt. Projectontwikkelaars verkennen momenteel op grote schaal ontzilting en behandeld afvalwater om voldoende watervoorraden veilig te stellen.

Kansen in Latijns-Amerika
In het rapport wordt speciale aandacht besteedt aan Latijns-Amerika. Dit gebied is zeer geschikt om waterstof met lage emissie te produceren, vanwege de grote hoeveelheid duurzame energiebronnen die er in dit gebied voorkomen. Daarnaast wordt er in Latijns-Amerika al voor 60 procent aan duurzame energie gebruikt.

De mogelijkheden zijn groots, maar verschillen per land. Mexico en Colombia kunnen vanuit hun al bestaande raffinaderijen een grote voorraad aan waterstof leveren. De Chileense mijnbouwsector zou dit kunnen gebruiken voor waterstof met lage uitstoot om de productie ervan koolstofvrij te maken.

Brazilië produceert 90 procent van de ijzerertshandel en bevindt zich daarom in een unieke positie om H2-DRI (ijzer waarbij minder koolstof vrijkomt) te ontwikkelen voor de staalproductie. De biogene CO2-bronnen van het land zijn dat wel ruim voldoende om te voldoen aan de binnenlandse behoeften aan synthetische brandstoffen en ureum het exportpotentieel vergroten.

Maar ook aan al dit potentieel zitten haken en ogen. Van al deze projecten is slechts 0,1 procent operationeel, volgens de onderzoekers. Vooral de hoge productiekosten vormen een barrière. Er moet op de korte termijn veel gebeuren om het potentieel van Latijns-Amerika te benutten.

Maatregelen voor het creëren van vraag kunnen helpen de kosten te beperken kloof te dichten, de energiezekerheid te verbeteren door de invoer van aardgas en ammoniak te verminderen, en exportmogelijkheden met een hogere toegevoegde waarde creëren. Waterstofhubs kunnen rijden schaalvoordelen te realiseren en toeleveringsketens te integreren en tegelijkertijd het leren te versnellen.