Zonnepark bespaart in praktijk al op netaansluiting

10.06.2020 Norbert Cuiper

Zonnepark bespaart in praktijk al op netaansluiting


Zonneparken worden in de praktijk nu al aangesloten op een te kleine netaansluiting, om kosten te besparen. Dat meldde een expert tijdens een webinar van Enpuls. Een van de oplossingen om het net te ontlasten is het gebruik van batterijen die overtollige zonnestroom opslaan.

Enpuls, onderdeel van Enexis Groep, is begin april dit jaar gestart met onderzoek naar de opslag van zonnestroom bij een zonnepark in Altweerterheide, een dorp ten zuidwesten van Weert in Midden-Limburg. Het zonnepark is eigendom van WeertEnergie, een regionale energiecoöperatie. Bij de ‘peakshaving pilot Altweerterheide’ wordt de elektriciteit die het zonnepark produceert deels opgeslagen in een container met lithium-ion-batterijen. De proef loopt tot september. Enpuls organiseerde een webinar om de tussentijdse resultaten te delen. Dit trok veel belangstelling: meer dan 125 bezoekers logden live in om het webinar te bekijken, dat werd geleid door Alexander Savelkoul, manager transitie energiesystemen bij Enpuls.

Zonnepark

Het zonnepark kan maximaal 1400 kW aan elektriciteit produceren. Dit is inclusief de twee daken van de boerderijstallen waarop ook zonnepanelen (met een totale capaciteit van 700 kW) zijn geplaatst. Naast het zonnepark staan vier containers: een om koffie te drinken, twee voor de omvormers en een voor de batterijen. “Het probleem is dat de zon overdag schijnt, terwijl we de stroom ook ’s nachts gebruiken. We zouden slechts 40 procent van de stroom lokaal kunnen gebruiken, waarna we 60 procent moeten terugleveren. Dat voldoet niet aan ons ideaal om volledig zelfvoorzienend te zijn,” zegt voorzitter Menno van den Donker van energiecoöperatie WeertEnergie.

Te kleine netaansluiting

Enpuls simuleert een te kleine netaansluiting voor het zonnepark. Tijdens de pilot wordt aangenomen dat de aansluiting slechts 900 kW groot is. Zodra het zonnepark meer dan 900 kW levert wordt de batterij ingezet om overbelasting van de aansluiting en het verlies van zonnestroom te voorkomen. De batterij kan 600 kWh opslaan: dat is voldoende om de overtollige stroom op te slaan. “Daardoor hopen we 70 procent van de stroom zelf te gebruiken en 30 procent over te houden. Die 30 procent kunnen we in de toekomst oplossen met seizoensopslag en/of grootschalige curtailment (uitschakelen van grote delen van het zonnepark, red),” aldus Van den Donker.

Batterijen nog niet rendabel

Nadeel is dat de batterijen nog niet rendabel zijn voor gebruikers. Van den Donker: “Batterijen worden nu vooral gebruikt om het hoogspanningsnet te balanceren. Met deze proef komen we een stap dichter bij het gebruik van batterijen voor ontlasten van het lokale net. Uiteindelijk willen we het lokale gebruik van zonnestroom stimuleren.” Van den Donker vergelijkt peakshaving met het scheren van schapen, waarbij de piek (alias de wol) wordt afgeschoren. “Ook met een kleine batterij kunnen we het elektriciteitsnet ontlasten en netverzwaring voorkomen.”

Opgeslagen stroom te goedkoop

Het voordeel van peakshaving schuilt nu vooral in het voorkomen van piekbelasting op het net. Dat is echter niet voldoende voor een sluitende business case. Het is ook nodig om het gebruik van batterijen aantrekkelijk te maken voor de eigenaar van het zonnepark, zegt Melvin van Melzen, projectleider bij Enpuls. “De opgeslagen stroom is nu nog te goedkoop. Dat zal straks veranderen, maar we moeten daarvoor geduld hebben. Peakshaving is nu nog niet rendabel. Er is nu geen prikkel waarmee de eigenaar van het zonnepark wordt beloond voor het gebruik van batterijen. De enige prikkel voor de parkeigenaar is om een zo klein mogelijke aansluiting op het net te realiseren.”

Niet alle zonnestroom op het net

Van die laatste prikkel maken ontwikkelaars van zonneparken in de praktijk gretig gebruik. “Zonneparken worden niet uitgelegd op de piekproductie, maar houden het AC-gedeelte inclusief de netaansluiting bewust klein. Daar houden we bij het ontwerp van het zonnepark al rekening mee,” zegt Wannes Devillé, netexpert bij Solarfields. Volgens Devillé kan peakshaving bij een zonnepark wel lonen doordat de investeringskosten lager worden ‘als de piek eraf wordt gehaald’. Dan kan de netaansluiting ook kleiner zijn, omdat overtollige zonnestroom niet wordt teruggeleverd aan het net. “Veel zonneparken zetten niet hun volledige vermogen op het net. Dat scheelt onder andere al in de aansluitkosten.”

Peakschaving toekomstbestendig

Maarten Afman, senior business marktanalist bij Alliander, bevestigt de uitspraak van Devillé. “Zonneparken beschikken nu al over veel meer paneelvermogen dan waarop de netaansluiting is gebaseerd. Dat begint al bij de aanvraag bij de netbeheerder. Dit komt door het optimaliseren van de kosten, zoals voor de omvormers en de netaansluiting. Dit is inmiddels de norm, en dat is goed, maar er is nog meer mogelijk bij zon.” Volgens Van Melzen is peakshaving bij zonneparken een toekomstbestendige strategie, al vergt het een goede voorspelling van de productie en een prikkel voor lagere piekproductie. Dit laatste kan mede worden bereikt door de panelen in oost-west richting te leggen.

Bekijk het webinar over de peakshaving pilot terug op Youtube

Foto: zonnepark Altweerterheide slaat zonnestroom deels op in batterijen (foto Samen Om).