Zonneparken: nu investeren in minder uitstoot en meer natuur in de toekomst
13.05.2021 Maurice van Rees
Een tijdje geleden begon de discussie met een simpele vraag: willen we liever zon op dak of eerder zonneweides? Een simpele vraag die zonder goed op te letten leidt tot een simpel antwoord. Zonneweides worden geplaatst op plekken waar een slecht elektriciteitsnet is, waar ze niet voldoen aan de maatstaven voor biodiversiteit en zijn voor velen lelijk. Goed; zullen we dan maar stoppen met zonneweides?
Ik moet eerlijk toegeven, na het lezen van dit soort negatieve berichten kon ik mezelf ook scharen bij de fans van zon op dak. De meeste daken in Nederland zijn nog onbedekt met panelen, hebben geen alternatief voor zonnepanelen en hebben minder netverzwaring nodig om stroom te leveren. Voor de transitie naar duurzame energie is het stimuleren van zon op dak dus erg belangrijk.
Echter, de keuze om ook zonneparken te plaatsen staat grotendeels los van een voorkeur voor zon op dak. We gaan immers daken niet ombouwen tot zonneweides. En het opgeven van een stuk natuur voor huizen met zonnepanelen is een stuk definitiever dan het plaatsen van een zonneweide. Ondertussen staan we wel onder tijdsdruk om de wereld leefbaar te houden voor de volgende generaties en dus zo snel mogelijk van fossiele energie af te helpen. We kunnen daardoor zonneweides niet uitsluiten.
0,7% van landbouwgrond
Dan stellen we ons de volgende vraag: hebben we liever natuur of een zonnepark rond onze huizen? Ook deze vraag levert ons weinig op. Natuurlijk kijken we allemaal liever naar een mooi stuk heide dan naar een zonneweide, alleen worden zonneweides niet geplaatst op stukken grond die esthetisch het beste zijn wat Nederland heeft te bieden. Vaak worden ze geplaatst op gronden met lage ecologische waarden. Daarnaast is volgens onderzoek van Bosch en van Rijn, maar maximaal 0,7% van de landbouwgrond nodig in 2030 om voor 50% de hernieuwbare stroom door zon pv op te wekken geheel op landbouwgrond.
Sterker nog, afgaand op de laatste inzichten rondom de biodiversiteit van zonneparken bieden ze ons juist een mooie kans om de natuur in Nederland te verbeteren. Op dit moment zijn de meeste zonneparken helaas niet ontworpen om dit positieve effect te bewerkstelligen. Dat kan dus beter. Zonneparken in zuidopstelling met voldoende afstand tussen de panelen is voor de natuur het meest gunstig. Voor zonneweides op overbemeste grond is het belangrijk dat het gras gemaaid en afgevoerd wordt om de overbemeste grond te verschralen. Zo kan de biodiversiteit toenemen en de insecten terugkomen.
Zon of overbelasting
Als we onszelf de vraag stellen: willen we liever intensieve veehouderij of willen we een zonneweide? Met intensieve veehouderij overbemesten we het land, vergiftigen met het met ammoniak, is biodiversiteit ver te zoeken en dragen we bij aan de opwarming van de aarde door methaan uit te stoten. Dit allemaal voor vlees en zuivel wat we niet eens in Nederland nuttigen. Een zonnepark stimuleert de boer financieel om te stoppen, heeft een herstellende werking op de natuur en helpt om de opwarming van de aarde te verminderen. Doe mij dan maar zo’n zonnepark!