De Zuid-Afrikaanse variant

11.03.2021 Patrick van der Meulen

De Zuid-Afrikaanse variant

‘’Patrick, ik ben gatvol. Als dit nog langer duurt, dan rij ik die verdomde elektriciteitspalen met mijn tracker omver’’. Gatvol is Afrikaans voor ik ben er helemaal klaar mee en het beschrijft precies het gevoel van de Zuid-Afrikanen over de energiecrisis die veroorzaakt is door het staatsenergiebedrijf Eskom.

Vorige week was ik op bezoek bij Johan, een kippenboer uit het Zuid-Afrikaanse Ventersdorp (200 kilometer ten westen van metropool Johannesburg). We zijn hier momenteel een zonne-energie installatie aan het bouwen die het mogelijk maakt om zijn hele bedrijf off-grid te brengen met zonnepanelen en accu’s. Dit is hard nodig, want alleen al afgelopen week lag zijn stroomvoorziening er vijf dagen uit door een defecte schakelaar in een Eskom station.

In Zuid-Afrika heerst er - naast Covid - ook een energie epidemie. Het energienet valt bijna dagelijks uit en de energieprijzen stijgen jaarlijks met 15%. Het is een ramp voor boeren zoals Johan en een van de grootste uitdagingen om zijn bedrijf in de toekomst draaiende te houden. Zijn bedrijf is afhankelijk van de stroomvoorziening om onder andere de ventilatoren in zijn stallen te laten draaien. Op grotere schaal is de energiecrisis een van de belangrijkste groeiremmers van de Zuid-Afrikaanse economie. Immers, wat moet je als land zonder stroom?

Het Zuid-Afrikaanse energienet is natuurlijk niet één op één te vergelijken met het Nederlandse maar er zijn wel degelijk parallellen. Bij Eskom is er door mismanagement, slecht onderhoud en een tekort aan opwekking (bijna 90% komt uit fossiele energie) een neerwaartse spiraal ontstaan. Deze spiraal is moeilijk te doorbreken voor het zwaar verlieslatende energiebedrijf. Ook in Nederland hebben we te maken met een vernieuwing in het energienet. Door de toenemende invoer van duurzame energie op het energienet en kunnen de netbeheerders het tempo van de energietransitie maar moeilijk bijbenen. Er moeten miljarden geïnvesteerd worden om het energienet te moderniseren en klaar te maken voor de toenemende decentrale energieopwekking uit zon en wind.

Maar is dit werkelijk de weg voorwaarts? Wat kunnen we leren van Johan Kooij en de Afrikaanse energiecrisis? Het is verkiezingstijd en ik zie van links tot rechts grootste plannen en statements komen over de energietransitie in Nederland. Van een kerncentrale in Groningen, miljarden voor een waterstof economie tot complete ontkenning van de klimaatcrisis. Deze verschillende ideeën dragen niet bij aan een gemeenschappelijk plan om samen vooruit te gaan. Het zou enorm helpen als er vanuit Den Haag een echt eensgezind plan voor de energietransitie komt.

Maar vooruitkijken alleen is niet genoeg, we zullen nu actie moeten ondernemen. Net als in Nederland wordt er in Zuid-Afrika ook gesproken over een grootschalige transitie naar duurzame energie en een versterking van het energienet. Echter, het helpt bedrijven zoals dat van Johan vandaag de dag niet. Net zoals het niet helpt om te wachten op een versterking van het energienet in Nederland. Dit gaat minimaal 5 tot 10 jaar duren en blokkeert de realisatie van nieuwe zonnedaken vandaag de dag. Het zal dus anders moeten.

Misschien moeten we wat meer gatvol zijn in Nederland zodat we werkelijk kunnen starten met de grootschalige implementatie van een decentrale opwek en opslag van zonne-energie. We lopen al ver achter in Europa en hebben geen tijd meer te verliezen. Ieder dak kan een duurzame energiebron worden en het overschot kan worden opgeslagen in accu’s, zodat het niet terug geleverd hoeft te worden aan het energienet.

Johan heeft de stap gemaakt en slaapt weer rustig. Hij heeft nu 100% zekerheid van zijn eigen energievoorziening en hoeft niet langer te dealen met stijgende energiekosten en netuitval.