Groene waterstof kan afhankelijke bedrijven in de knel gaan brengen
23.01.2024 Brendan Hadden
Het kabinet is van plan om een afnameverplichting voor groene waterstof in te voeren. Een onderzoek van CE Delft en TNO laat zien dat dit wel eens nadelige gevolgen voor de betreffende bedrijven zou kunnen hebben. Het lijkt er op dat groene waterstof slechts beperkt beschikbaar en erg duur gaat worden en bedrijven zonder aanvullende steun niet realistisch deze kosten kunnen dragen.
De ontwikkeling van groene waterstof als brandstof voor moeilijk te elektrificeren processen en bedrijven die momenteel grijze waterstof gebruiken is volgens het kabinet een belangrijk onderdeel van de energietransitie.
Om groene waterstof – opgewekt uit CO2-vrije bronnen – voldoende te stimuleren komt er in 2026 een zogeheten ‘afnameverplichting’. Dit houdt in dat industriële partijen verplicht zijn een bepaalde hoeveelheid groene waterstof af te nemen, zodat ontwikkelaars voldoende zekerheid hebben dat ze hun product kwijt kunnen en gestimuleerd worden te investeren in de opwek van groene waterstof.
Dit heeft gevolgen voor de bedrijven die verplicht worden de groene waterstof af te nemen. CE Delft en TNO onderzochten die gevolgen en concludeerden dat deze zonder ingrijpen niet gering waren. Groene waterstof zal voorlopig nog erg duur en in beperkte hoeveelheden beschikbaar zijn. Volgens het rapport zullen bedrijven die waterstof nodig hebben zonder steun waarschijnlijk dit niet kunnen blijven gebruiken.
Zon-PV duurste categorie groene waterstof
Het verplicht afnemen van groene waterstof kan serieuze financiële consequenties met zich meebrengen. In hoeverre dit een probleem gaat worden was tot dusverre nog onduidelijk, maar het rapport van CE-Delft en TNO brengt dit aan het licht.
De onderzoekers vergeleken de verwachte commodityprijzen van verschillende soorten waterstof in 2030. Hieruit komt naar voren dat grijze waterstof aanzienlijk goedkoper dan groene waterstof zal zijn: de goedkoopste categorie grijze waterstof kost in hun scenario 2,70 euro per kilogram, ten opzichte van 7,30 euro voor de goedkoopste kilogram groene waterstof. Als je de kosten van een CO2-uitstoot meeneemt wordt een kilogram grijze waterstof slechts 0,60 euro duurder in 2030.
Binnen de verschillende categorieën groene waterstof zijn ook nog grote verschillen. De goedkoopste categorie (hierboven genoemd) betreft geïmporteerde waterstof uit Marokko (7,30 euro per kilogram). Import uit andere landen (Spanje, Noorwegen) zit in dezelfde range, net als waterstof opgewekt met wind-op-zee (8,30 euro per kilogram).
Waterstof die gemaakt wordt met behulp van stroom uit zon-PV in Nederland is erg duur: volgens het rapport maar liefst 26,60 euro per kilogram. Daarmee is het niet competitief met andere bronnen. Volgens de onderzoekers is dit te wijten aan het lage aantal vollasturen bij zon-PV en de hoge nettarieven die gepaard gaan met deze vorm van stroomopwek.
Komt Nederlandse waterstofproductie op gang?
De onderzoekers merken ook op dat bij deze marktomstandigheden het niet duidelijk is dat de Nederlandse productie van groene waterstof wel van de grond komt. Dat heeft met name te maken met de mogelijkheid alternatieve brandstoffen in te zetten of groene waterstof te importeren.
Groene waterstof van Nederlandse bodem moet concurreren met bijvoorbeeld ammoniak en methanol. Deze brandstoffen vallen ook onder de Europese doelstellingen voor het gebruik van ‘Renewable Fuels of Non-Biological Origin’ (RFNBO) en dus ook mogen worden ingezet om aan de afnameverplichting te voldoen. Bij de huidige vormgeving van de verplichtingen zijn er dus zorgen of er voldoende vraag komt naar groene waterstof, schrijven de onderzoekers.
Verder is het zoals eerder beschreven mogelijk dat Nederland grote hoeveelheden groene waterstof gaat importeren uit landen waar het goedkoper is het op te wekken. Landen als Marokko en Spanje hebben een gunstige energiemix (veel wind en zon) en kunnen op grote schaal groene waterstof gaan opwekken in de nabije toekomst.
Onrendabele top van 1,4 miljard euro per jaar
Het onderzoek wijst uit dat er een ‘onrendabele top’ zal ontstaan van 1,4 miljard euro per jaar in 2030, in het geval waar 42 procent van het waterstofverbruik groen moet zijn.
De Nederlandse Vereniging voor Duurzame Energie (NVDE) waarschuwt dan ook in een reactie op het onderzoek voor de situatie die hieruit zal ontstaan:
“Het rapport laat zien dat, indien Nederland de Europese verplichting zonder aanvullend beleid doorvoert, de bedrijven die nu al waterstof gebruiken hier grotendeels mee moeten stoppen. Dit doordat ze de kosten niet of onvoldoende kunnen doorrekenen in hun producten omdat zij internationaal concurreren. Het alternatief is om (groene) waterstof te importeren of de productie te verplaatsen buiten Europa. In dat geval komt de waterstofproductie en de daaraan gekoppelde maakindustrie hier in Nederland niet van de grond.”
Volgens de NVDE is er hard financiële steun nodig om de opbouw van waterstofproductie te waarborgen. Het kabinet geeft aan in de loop van 2024 een definitief voorstel aan de Tweede Kamer te willen voorleggen, dat in 2026 in werking zou moeten treden.