Korte- en langetermijnprijzen lopen steeds verder uit elkaar door hernieuwbare energie

26.04.2023 Jan de Wit

Korte- en langetermijnprijzen lopen steeds verder uit elkaar door hernieuwbare energie

De maandcontracten voor elektriciteit zijn momenteel behoorlijk stabiel in Europa, zo is de stroomprijs in Nederland, Duitsland en Frankrijk rond de 100 euro per megwattuur gestabiliseerd. Tegelijk zijn de day-ahead prijzen veel volatieler omdat de opwek van wind- en zonne-energie de vraag overstijgen. Wind in de rug voor de businesscase van energieopslag concludeert Hans van Cleef, hoofd Energy Research & Strategy bij Publieke Zaken, in de nieuwste Marktupdate Elektriciteit, maar ook voor “veel vaker sterk negatieve prijzen”.

De marktprijzen van energie worden door vele factoren bepaald. Het aandeel hernieuwbare energie hierin wordt ook steeds dominanter. Daarnaast is toenemende beweeglijkheid van energieprijzen van invloed op investeringen in hernieuwbare energie. Solar365 werkt daarom samen met Publieke Zaken om dit scherper te monitoren.

Dat de maandcontracten voor elektriciteit zijn gestabiliseerd – op een niveau dat drie tot vier keer hoger is dan voor de energiecrisis – is volgens Van Cleef een teken dat de markt enigszins gekalmeerd is. Tegelijk bestaan er nog onzekerheden over de leveringszekerheid van aardgas in de toekomst, die ook doorwerken in de elektriciteitsprijs op de langere termijn. Veel verdere dalingsruimte lijkt er daarom – ook vanwege het relatief koude weer – niet te zijn.

Aan de andere kant zijn de day-ahead prijzen allerminst stabiel op dit moment. Er wordt veel wind- en zonne-energie opgewekt. Zo veel zelfs dat de marktstroomprijs op dinsdag 18 april daalde tot zo’n min 200 euro per megawattuur voor de dag erna. Er is namelijk nog onvoldoende vraag naar elektriciteit en te weinig opslagcapaciteit. Extra opvallend is dat het hier om een doordeweekse dag gaat, in het weekend is de stroomvraag namelijk standaard lager.

Hierdoor ontstonden er voor consumenten met een dynamische contract ook tijdelijk negatieve prijzen. Op woensdag 19 april, toen er relatief veel zonuren waren en er behoorlijk veel wind was, daalde de prijs op de intraday-markt zelfs nog verder.

Lees ook: Zonneplan meldt eerste negatieve stroomprijs van 2023

Van Cleef vermoed dat Nederland en de omringende landen in de nabije toekomst veel vaker met negatieve prijzen te maken krijgen. De zogeheten interconnectiecapaciteit is namelijk te laag waardoor Nederland zijn overschot aan groene elektriciteit niet kwijt kan. Terwijl de opwekcapaciteit van wind- en zonne-energie sterk groeit en verder zal moeten groeien om de aanboddoelstellingen te halen.

Voor de businesscase van energieopslag is dit goed nieuws, maar dat ze noodzakelijk zijn voor het systeem betekent niet dat batterijen direct rendabel gebouwd kunnen worden. “Een bank wil nou eenmaal duidelijk zicht hebben op de kasstroom over een periode van meer dan vijf jaar”, zei Jeroen Neefs, branchemanager van Energy Storage NL, hier onlangs over. De prijsvolatiliteit die batterijen juist kunnen tegengaan zit hun businesscase nu nog in de weg.

Lees ook: Een routekaart energieopslag kan niet lang meer op zich laten wachten

Instemming met Fit for 55 leidt tot prijsstijging én -daling
Op de dag dat de day-ahead prijs daalde tot zo’n min 200 euro per megawattuur stemde het Europees Parlement in met drie belangrijke klimaatwetten die onderdeel zijn van het Fit for 55-pakket. De wetsvoorstellen gaan nu naar de Europese Raad voordat ze definitief van kracht worden.

De belangrijkste maatregelen die het Europees Parlement heeft bekrachtigd zijn het geleidelijk afschaffen van gratis emissierechten in het Europese emissiehandelssysteem vanaf 2026, het toevoegen van een tweede emissiehandelssysteem voor wegtransport en de gebouwde omgeving vanaf 2027, een nieuw systeem om koolstoflekkage (het Carbon Border Adjustment Mechanism) om de Europese industrie te beschermen en een Sociaal Klimaatfonds om energie- en mobiliteitsarmoede tegen te gaan.

Lees ook: Belangrijk deel Fit for 55 ook door het Europees Parlement aangenomen

Het instemmen van het parlement zorgde kort voor hogere CO2-prijzen. Hoewel de wetsvoorstellen al lang bekend waren, bevestigde de stemming wel dat aanbod van emissierechten kleiner wordt in de toekomst. Hedgefondsen en andere speculatieve beleggers anticiperen hierop door nu alvast in te kopen, waardoor de vraag kort steeg en de CO2-prijs met 3 procent steeg op een dag.

Deze stijging duurde niet lang zag Van Cleef. “Het in de financiële markten bekende fenomeen van ‘Buy the rumour, sell the fact’ werd al snel zichtbaar. Het principe houdt in dat partijen op financiële markten – vaak hedgefondsen of andere speculatieve beleggers – een positie innemen anticiperend op een bepaalde ontwikkeling. Op het moment dat het event geweest is, neemt de aantrekkelijkheid voor deze partijen om te speculeren op verdere prijsbewegingen af. Gevolg is dat er winst of verlies wordt genomen en de posities worden verkocht.”