Routekaart laat zien dat het demissionaire kabinet grote industriële verduurzamingsambities had
17.07.2023 Jan de Wit

Om tot de enorm ambitieuze CO2-reductie van 66 procent tegen 2030 en 100 procent tegen 2050 moeten er tot en met 2025 bindende afspraken worden gemaakt tussen de overheid en de industrie. In plaats van twintig gewenste maatwerkafspraken zijn er echter maar zeven zachtere intentieverklaringen gesloten. Zo laat het kabinet, dat bovendien demissionair is, weten in de voortgang van het Nationaal Programma Verduurzaming Industrie en een routekaart voor de verduurzaming die het naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.
Het lijkt erop dat het kabinet net te vroeg is gevallen voor de industrie. Demissionair ministers Micky Adriaansens (Economische Zaken en Klimaat), Rob Jetten (Klimaat en Energie) en Christianne van der Wal (Natuur en Stikstof) en Vivianne Heijnen, demissionair staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, hebben een behoorlijk ambitieuze routekaart voor de industrie een week na de val van het kabinet met de Tweede Kamer gedeeld.
“Er moet veel gebeuren om onze industrie te verduurzamen. Daar ligt een taak voor de industrie maar ook voor de overheid om de randvoorwaarden te creëren. Het programma en de routekaart helpen bij de sturing, wat wanneer moet gebeuren en de aanpak van knelpunten”, aldus Adriaansens.
Volgens de demissionaire ministers heeft de Nederlandse industrie “een sterke positie” en liggen er kansen “om in Nederland schoon te produceren en de negatieve impact op de leefomgeving te verminderen”. Dit zou volgens hun al in 2030 met 66 procent minder CO2-uitstoot moeten gebeuren. Er is alleen een probleem, het kabinet is demissionair en de kans dat groene industriepolitiek niet controversieel wordt verklaard lijkt bijzonder klein.
De Kamercommissies zullen adviseren welke onderwerpen zij controversieel zouden verklaren. Op die onderwerpen willen zij dat het demissionaire kabinet geen beslissingen meer zal maken. De Tweede Kamer bepaalt vervolgens welke onderwerpen controversieel zijn. De controversiële onderwerpen zullen pas weer worden behandeld door de Kamers wanneer een volgend kabinet is aangetreden.
Gezien de hoeveelheid commotie die er is geweest over snelle verduurzaming en de industrie tijdens de afgelopen kabinetsperiode, lijkt het aannemelijk dat dit onderwerp aan een volgend kabinet wordt overgelaten. Toch laat de zeer ambitieuze doelstelling duidelijk zien hoever dit kabinet bereid was te gaan om ook de industrie snel te willen laten verduurzamen.
Prioriteringskader netbeheerders biedt meer ruimte, stikstofregels niet
Het demissionaire kabinet was van plan tot 2026 samen met de industrie beslissingen te nemen over het exacte tijdpad waarin de industriële clusters zouden worden aangesloten op de productie en import van waterstof, de flexibele vraag en toepassing van energie, de bijbehorende infrastructuur en opslag, de marktontwikkelingen en de randvoorwaarden die daarvoor nodig waren.
In het recent gepubliceerde prioriteringskader van de Autoriteit Consument & Markt valt te lezen dat netbeheerders “ook bedrijven die grootschalig en bovenwettelijk bijdragen aan klimaatdoelstellingen en hierover bindende (maatwerk)afspraken hebben gemaakt met de overheid” voorrang mogen geven in het aansluiten op het elektriciteitsnet.
Lees ook: ACM publiceert prioriteringskader, kan Tata Steel straks voorrang krijgen op zijn netaansluitingen?
Hierdoor kunnen de grootste industriële partijen in Nederland voorrang krijgen op een aanlandingspunt van windenergie en, of groene waterstof. Hoewel het kabinet is gevallen zit het prioriteringskader al in de publieke consultatiefase. Het lijkt er daarom op dat dit niet meer controversieel verklaard kan worden.
Voor de verduurzaming van de Nederlandse industrie zou dat een belangrijke uitkomst zijn. 66 procent CO2-reductie in 2030 is een gigantische hoeveelheid. Zeker omdat de grote industriële partijen in eerste instantie hun CO2-uitstoot terug willen brengen met CCS-projecten (carbon capture and storage). Meer dan de helft van de onderhouds- en vernieuwingsinvesteringen van deze bedrijven tot 2030 gaat naar CCS-projecten.
Lees ook: Nederland gaat miljarden betalen om industriële CO2 te begraven
De bouw van grote CCS-projecten, zoals Porthos, liggen echter stil nadat de rechter eind vorig jaar de bouwvrijstelling stikstof van tafel schoof. Het kabinet zegde onlangs toe te gaan onderzoeken of energieprojecten alsnog een vrijstelling kunnen krijgen, maar ook dit ligt politiek gevoelig en kan zomaar controversieel worden verklaard.
Twee extra intentieverklaringen, maar wat wordt controversieel op 12 september?
Een belangrijk onderdeel van het Nationaal Programma Verduurzaming Industrie waarop het demissionaire kabinet nog een klein succesje heeft geboekt is de maatwerkaanpak. Het kabinet is met de twintig industriële uitstoters in gesprek om met maatwerkafspraken tot een snelle CO2-reductie kan komen,
Deze week tekende het kabinet nog twee intentieverklaringen, hierin spreken bedrijven en overheid de plannen en voorwaarden voor verduurzaming uit. Met het internationale chemiebedrijf Yara is de ambitie uitgesproken om in 2030 1,5 megaton minder CO2 uit te stoten, dat is een extra reductie van 0,3 megaton bovenop het Klimaatakkoord.
Met het Nederlandse chemiebedrijf Anqore zijn plannen gemaakt voor een reductie van 0,4 megaton in 2030, twee keer zoveel dan waar het bedrijf aan moet voldoen volgens het Klimaatakkoord. Hiermee komt het aantal getekende intentieverklaringen op zeven.
Het demissionaire kabinet had de intentie om medio 2024 al met een Routekaart 2.0 te komen voor de industrie. Nu het is afgetreden is de belangrijkste vraag: Wat wordt controversieel verklaard?
Het kan zomaar gebeuren dat de Tweede Kamer alle beschreven onderdelen controversieel verklaard en een volgende kabinet terug naar de tekentafel stuurt. Aan de andere kant is de verduurzamingsopgave gigantisch en de realisatieperiode extreem kort, wellicht dat dat sommige Kamerfracties nog op andere gedachten kan brengen. 12 september wordt meer bekend, dat zal de Tweede Kamer stemmen over wat controversieel zal worden verklaar en wat niet.