Werk in 2024 constructief mee aan de ombouw van Nederland

08.01.2024 Oscar Kraan Senior manager strategie Energy & Resources bij Deloitte

Werk in 2024 constructief mee aan de ombouw van Nederland

"Er gebeurt geen moer" liet voormalig NOS-weerman Gerrit Hiemstra optekenen afgelopen kerst in een uitgebreid interview in Het Financieele Dagblad. In de echokamer van het Nederlandse energietransitiedebat hoor je dit geluid steeds vaker. "Niets gedaan" aan klimaatbeleid papegaaide oud-klimaatpaus Frans Timmermans zijn partijgenoten na in de afgelopen verkiezingscampagne. Is dat zo? Gebeurt er in Nederland "geen moer"? Niks is minder waar.

Nederland heeft per inwoner het hoogste aantal zonnepanelen van heel Europa. Daarnaast heeft Nederland de meeste windenergie per vierkante kilometer van heel Europa. Bent u deze kerstvakantie in het buitenland geweest met een elektrische auto? U zult gemerkt hebben dat een laadpaal zoeken daar toch wat ingewikkelder was.

Nederland heeft namelijk ook het hoogste aantal laadpalen per inwoner van heel Europa. Ook de belangrijkste investeringsbeslissingen voor nieuwe technologie zoals voor waterstof en CO2-afvang en -opslag werden afgelopen jaren in Nederland genomen.

Dat alles heeft belangrijke resultaten opgeleverd, bijvoorbeeld op het gebied van reductie van broeikasgasemissie. Nederland stootte in 2022 bijna 32 procent minder uit dan in 1990. Bovendien zijn belangrijke doelstellingen uit het energieakkoord, die maatschappelijke partners tien jaar geleden hebben afgesproken, gehaald.

De wind-op-zee-doelstelling, de wind-op-land-doelstelling, de Urgenda-eis van een kwart emissiereductie, allemaal gehaald. Bovendien wordt dit jaar naar alle waarschijnlijkheid ook de hernieuwbare energiedoelstelling uit het Energieakkoord gehaald, en met het Klimaatfonds dat demissionair minister Jetten succesvol door twee Kamers heeft weten te loodsen is er ook geld beschikbaar om progressie te blijven maken.

Nederland is natuurlijk maar een klein land, maar ook Europees en wereldwijd wordt er progressie geboekt. Gingen we tien jaar geleden nog in het zwartste scenario uit van meer dan 4 graden Celsius opwarming, nu lijken we volgens het Internationaal Energieagentschap af te stevenen op minder dan 2,5 graden Celsius. Nog geen “well below two”, maar toch duidelijke vooruitgang.

Dat belangrijke stemmen in het Nederlandse energiedebat fake news verspreiden is schadelijk. Ze ondermijnen het draagvlak voor de transitie en trekken het tapijt weg onder de voeten van alle mensen die dagelijks hard werken om Nederland klimaatneutraal te maken. En dat in een sector die al zo hard moet werken om genoeg mensen te werven om onze economie stapje voor stapje om te bouwen.

‘Er gebeurt geen moer’
De pure emotie is te begrijpen, want er moet nog meer gebeuren. De Nederlandse energietransitie is geen louter goed nieuws show. Het CBS, en ook Deloitte’s Energie Transitie Monitor laten zien, dat ondanks dat er veel is gebeurd, er ook een keerzijde aan het succes.

De meeste broeikasgasemissiereductie is weliswaar behaald door de industrie, 44 procent ten opzichte van 1990, maar voornamelijk door reductie van de niet-CO2 gassen zoals methaan en fluor-gassen, en voor een groot gedeelte door productievermindering. De echte transitie naar een groene industrie moet nog beginnen.

Dat maakt dat we nu op een T-splitsing staan. Gaan we verder met emissiereductie behalen door productievermindering (lees: minder Nederlandse industrie), of gaan we Nederlandse bedrijven echt de groene producten, zoals groen staal, ammonia en de groene brandstoffen van de toekomst laten maken?

Daarom is het juist nu belangrijk dat ingezet beleid doorgang kan blijven vinden. Met een rechts-conservatieve wind die momenteel in Den Haag lijkt te waaien, zal de blik komende tijd waarschijnlijk meer inwaarts zijn gericht op iconische Nederlandse bedrijven zoals de IJmuidense hoogovens, de KLM, de Rotterdamse haven en de Noordzee industrie.

Deze bedrijven zullen de komende kabinetsperiode belangrijke beslissingen nemen:, gaan wij grote investeringsbeslissingen nemen om de overstap te maken naar groene productie, of gaan wij langzaam onze productie verder afschalen? Actieve industriepolitiek zal onwennig blijven voor de progressieve linkerzijde van het politieke spectrum, maar zij zal het uiteindelijke doel voor ogen moeten houden: Nederland als voorloper van de wereldwijde transitie naar een groene economie.

Maar dat vereist wel constructieve oppositie van politieke partijen en maatschappelijke partners, gebaseerd op feiten, niet op fake news. “Niets gedaan”, “er gebeurt geen moer”; lariekoek!

Constructieve oppositie zal moeten betekenen dat demissionair minister Micky Adriaansens of haar opvolger haar beleid zal kunnen voortzetten om de Nederlandse top twintig van grootste vervuilers te stimuleren een echte transitie te maken. Laat u dus in het nieuwe jaar niet gek maken door de zwartkijkers van het Nederlandse energietransitiedebat. Als u nog op zoek bent naar een goed voornemen voor 2024: werk in het nieuwe jaar constructief mee aan de ombouw van Nederland.