Wetsvoorstel in de maak voor ‘tweezijdige contracten’ voor zonneparken

17.07.2025 Evelien Schreurs

Wetsvoorstel in de maak voor ‘tweezijdige contracten’ voor zonneparken
©Alliander

Minister van Klimaat en Groene Groei, Sophie Hermans, werkt aan een wetsvoorstel voor contracts for difference. Deze contracten tussen de overheid en stroomproducenten, zoals zonneparken, moeten de producenten duidelijkheid geven over de prijs die zij ontvangen voor de opgewekte stroom. Hermans informeert de kamer over dit wetsvoorstel in een Kamerbrief.

“Om de opwek van hernieuwbare elektriciteit ook in de toekomst passend te kunnen ondersteunen wordt gewerkt aan een nieuw type stimuleringsinstrument voor zon-PV en wind op land. Dit instrument is vanaf 2027 vereist vanuit Europese regelgeving en wordt onder meer door verschillende buurlanden reeds gebruikt of voorbereid”, schrijft Hermans.

Die Europese regeling is bedoeld om overwinsten van energieproducenten te voorkomen tijdens energieprijscrises. De SDE++ mag dan niet meer gebruikt worden voor het opwekken van hernieuwbare elektriciteit, zoals voor zonneparken. Daarom wordt gekeken naar andere manieren om de opwek van hernieuwbare energie te stimuleren.

Daarom werkt Hermans aan een wetsvoorstel voor tweezijdige contracts for difference, ofwel tweerichtingscontracten. Dit soort contracten moeten de opwek van hernieuwbare energieprojecten stimuleren op een manier die minder afhankelijk is van fluctuerende energieprijzen.

Bij een contract for difference, zoals deze nu op tafel liggen, wordt een afspraak gemaakt tussen de overheid en een elektriciteitsproducent. Er worden een minimum en een maximumvergoeding voor de stroom bepaald. Als de producent uiteindelijk een hogere prijs krijgt voor de stroom, betaalt deze het overschot aan de overheid. Wanneer de minimumprijs niet wordt behaald, betaalt de overheid het verschil aan de producent.

Het voornemen is dat de overheid wel een uitgavelimiet instelt. Zo wordt voorkomen dat de overheid bij aanhoudend lage stroomprijzen veel moet betalen aan elektriciteitsproducenten, maar dat is ook een risico voor de elektriciteitsproducent.

Ook is het voornemen van de overheid om in de contracten een deel van de elektriciteitsopwek uit te zonderen van het tweerichtingscontract. Over dat deel van de elektriciteitsproductie ontvangt de producent dan geen overheidssteun, maar hoeven ook niet terug te betalen bij hoge marktprijzen. Dat deel van de elektriciteitsopwek kan bijvoorbeeld aan een afnemer geleverd worden, waarvoor weer aparte afspraken gemaakt kunnen worden over (vaste) stroomprijzen.

Marktverstorend

Hermans schrijft dat er in andere Europese landen al gebruik wordt gemaakt van tweerichtingscontracten. Die ervaringen laten zien dat de contracten soms marktverstorend werken, met name bij zon-pv, wanneer stroom weinig waard is en er veel overheidssteun wordt bijgelegd.

Om verstoring van de markt te voorkomen en stroomproductie en -gebruik zo veel mogelijk bij elkaar te brengen, moeten zonneparken op zo’n manier ontworpen dat de productie verplaatst naar momenten waarop de stroomvraag hoog is. Dat betekent dat zonnepanelen in oost-west richting geplaatsen moeten worden of dat er een batterij bij het zonnepark geplaatst wordt.

Vanuit Europese wetgeving mag de overheid geen steun betalen over momenten van negatieve prijsuren. Hermans laat weten dat er wel gezocht wordt naar een manier om wel rekening te houden met ‘gemiste productie-uren’ wegens negatieve prijzen. Daarover zal begin 2026 meer duidelijkheid komen.

Duidelijkheid en zekerheid

De tweerichtingscontracten moeten investeerders zekerheid bieden bij het investeren in bijvoorbeeld een zonnepark en bijdragen aan het zelfstandiger maken van de markt.

Holland Solar en NedZero laten weten blij te zijn dat er nu meer duidelijkheid is over de Contracts for Difference. Volgens de branchevereniging is er nog wel verdere uitwerking van de regeling nodig. “Tegelijkertijd zijn wij kritisch op het uitblijven van keuzes, bijvoorbeeld over de budgettering en hoe er wordt omgegaan met de toenemende negatieve prijsuren. Dit houdt financiers en ontwikkelaars in onzekerheid, terwijl er behoefte is aan duidelijkheid. We blijven graag betrokken bij de nadere uitwerking van de regeling.”

De komende tijd wordt gewerkt aan het wetsvoorstel en aan het ontwerp van tweerichtingscontracten voor zon-pv. Het kabinet zegt ernaar te streven om de tweerichtingscontracten vanaf 2027 toe te kunnen passen.