Gas- en elektriciteitsprijzen ‘jojoën’ zich omhoog

28.06.2023 Jan de Wit

Gas- en elektriciteitsprijzen ‘jojoën’ zich omhoog

De prijs voor een maandcontract van elektriciteit in Nederland is de afgelopen maand gestegen van zo’n 85 euro per megawattuur naar net iets meer dan 100 euro per megawattuur. Een redelijke stijging die hoofdzakelijk te wijten is aan de gestegen gasprijzen door beursspeculatie stelt Hans van Cleef, hoofd Energy Research & Strategy bij Publieke Zaken, in de nieuwste Marktupdate Elektriciteit. Daghandelaren zorgen ervoor dat de gas- en elektriciteitsprijzen sterk op en neer gaan en op iets langere termijn een licht stijgende trend laten zien.

De marktprijzen van energie worden door vele factoren bepaald. Het aandeel hernieuwbare energie hierin wordt ook steeds dominanter. Daarnaast is toenemende beweeglijkheid van energieprijzen van invloed op investeringen in hernieuwbare energie. Solar365 werkt daarom samen met Publieke Zaken om dit scherper te monitoren.

“Terwijl er fundamenteel geen hele grote marktveranderingen zijn, zien we de gas- en dus elektriciteitsprijzen de laatste weken wel behoorlijk ‘jojoën’ binnen een opwaartse trend”, aldus Van Cleef. Met de opwaartse trend doelt hij op de stijging van een maandcontract van elektriciteit van 85 euro eind mei naar 100 euro per megawattuur eind juni.

2 juni koste een megawattuur stroom die in juli zou worden geleverd echter nog 70 euro. En zo schoten de stroomprijzen in de afgelopen maand op en neer. “Dat de prijzen zo op en neer jojoën in amper een maand tijd, laat nog altijd zien dat de energiecrisis niet voorbij is”, stelt Van Cleef.

Lees ook: Op korte termijn draait alles om de zon

Hoewel zonne-energie steeds meer invloed krijgt op de dagprijzen, heeft de gasprijs een grotere invloed op de maand- en jaarcontracten. Daarnaast hebben speculanten ook een sterke invloed op de prijs die volgens hem goed zichtbaar was.

Zo bouwden zij een record aan netto short posities op en als er maar genoeg handelaren erop speculeren dat de stroomprijs morgen lager ligt dan vandaag, dan zorgt voor zogeheten neerwaartse prijsdruk. De verwachting beïnvloedt dan ook het daadwerkelijke resultaat. Dusdanig veel beursspeculanten gingen er deze maand echter vanuit dat de prijsdaling zou stoppen, dat zij hun posities verkochten en daarmee bijdroegen aan de prijsstijgingen.

Fundamenteel weinig aan de hand
Behalve een record aan netto short posities ziet Van Cleef nog een duidelijke aanwijzing die erop duidt dat de opwaartse jojo niet aan een aanbodtekort ligt. Op 13 juni werd namelijk duidelijk dat het onderhoud aan een belangrijke Noorse gasfabriek drie weken langer zou gaan duren dan gepland.

Alleen kost dit ‘slechts’ 1,5 miljard kubieke meter gas, iets meer dan wat heel Europa per dag gebruikt. Daarnaast hebben Europese lidstaten momenteel een gemiddelde vulgraad van zo’n 75 procent. En hoewel de CO2-prijs eveneens naar boven schommelt blijft die toename binnen een bandbreedte van 77 tot 102 euro per ton, een bandbreedte waarbinnen de CO2-prijs al langere tijd schommelt.

“Het korte termijn sentiment werd dus voor een groot deel beïnvloed door krantenkoppen die wezen op de risico’s qua leveringszekerheid op de langere termijn. Krantenkoppen die als argument werden gebruikt om de te ver doorgeschoten prijs weer enigszins te corrigeren door het verkopen van de short contracten (speculatie op verdere prijsdalingen), ook wel het short-selling genoemd”, aldus Van Cleef. Fundamenteel is er volgens hem “weinig aan de hand”.