Komen er nieuwe kerncentrales in Nederland?

29.11.2021 Jan de Wit

Komen er nieuwe kerncentrales in Nederland?

NRC melde vorige week dat de formerende partijen eruit zijn over een klimaatfonds met daarin tientallen miljarden euro’s. Dit bedrag zou eraan moeten bijdragen dat Nederland 55 procent minder CO2-uitstoot heeft in 2030, ten opzichte van 2030. Opvallend is dat de partijen zouden hebben afgesproken dat kernenergie hierin een rol zou moeten gaan spelen.

Onlangs publiceerde het Planbureau voor de Leefomgeving de Klimaat- en Energieverkenning 2021. Hieruit bleek dat met de huidige maatregelen de broeikasgasemissies in Nederland naar verwachting met 38 tot 48 procent gedaald zullen zijn in 2030.

De branchevereniging drong aan bij het kabinet op aanvullende maatregelen, naast de 6,8 miljard euro klimaatgeld die vrij kwam op Prinsjesdag. Met het aanstaande klimaatfonds zouden de formerende partijen hieraan gehoor geven.

Er wordt gesproken van een bedrag van 50 miljard euro dat tot en met 2030 uitgegeven kan worden aan verduurzamende maatregelen. Kernenergie zou een van de oplossingen zijn die het kabinet wil gaan stimuleren, Met name VVD en CDA zijn hier groot voorstander van.

De intentie om de inzet van kernenergie te verhogen, zou daarom wel eens gunstig kunnen uitpakken voor het draagvlak van het nieuwe klimaatfonds.

De voor- en nadelen van kernenergie
“In principe heeft kernenergie vrijwel geen CO2-uitstoot tijdens de energieopwekking”, stelt Steven Heshusius, hoofdonderzoeker bij Dutch New Energy Research. “Het gaat alleen niet om volledig hernieuwbare energie omdat je met uranium een brandstof gebruikt en kernafval overhoudt.”

Een alternatief zou zijn om thorium te gebruiken als splijtstof in plaats van uranium, maar volgens experts is het onwaarschijnlijk dat er voor 2050 in Europa een commerciële thoriumcentrale komt, aldus de Rijksoverheid.

Maar kernenergie is om velerlei redenen echt een vak apart binnen de energiemix. “Het gaat altijd om een centrale opwekvorm, die per oppervlak veel meer energie oplevert dan een wind- of zonnepark en dat stabiel én voorspelbaar kan leveren. Aan de andere kant zit je met kernafval dat moet worden opgeslagen en dat neemt ook weer ruimte in. Daarnaast brengt ook de ontwikkeling een enorm kostenplaatje met zich mee.”

Om meerdere redenen is kernenergie een steeds duurdere technologie geworden, in tegenstelling tot zon- en windtechnologie die de afgelopen twintig jaar vele malen goedkoper zijn geworden. “Het kostenaspect en het gebrek aan lokale expertise maken kernenergie voorlopig tot een vrij dure optie”, vindt Heshusius.

“Met name in de jaren zestig en zeventig investeerden landen fors in kernenergie, ook in Europa, maar na de ramp met Tsjernobyl is dat opgedroogd. Landen begonnen langzaamaan afscheid te nemen van kernenergie en daardoor is – behoudens in Frankrijk – veel bouwexpertise verloren gegaan of naar het buitenland vertrokken. Kernenergie heeft in die periode het momentum verloren.”

Daar staat tegenover dat de opwek van kernenergie niet afhankelijk is van het weer, terwijl de opwek uit zon- en windenergie dat wel is. “Als baseload generator in de energiemix is het daarom wel interessant. Als het schaarser wordt om over een bepaalde basishoeveelheid opwek te beschikken, dan zou dat ook een hogere prijs kunnen rechtvaardigen.”

Heshusius wijst daarbij op de leveringszekerheid van energie, die door de afbouw van gaswinning uit het Groningerveld en de hoge gasprijzen onder druk kwam te staan. “Kernenergie zou de leveringszekerheid van elektriciteit verhogen, mogelijk is de politiek bereid om daarvoor hogere kosten te accepteren, nu een tijd van schaarste op het belang van stabiele leveringen wijst.”

Meer kernenergie voor doelstellingen na 2030
Op dit moment heeft Nederland met de kerncentrale Borssele slechts een werkende kerncentrale. Deze centrale levert elk jaar ongeveer 485 megawatt, waarmee jaarlijks ongeveer 3,3 miljoen megawattuur wordt gemaakt, dat aan het elektriciteitsnet wordt geleverd. Wat overeenkomt met ongeveer 4 procent van de gebruikte elektriciteit in Nederland, zo rekent de Rijksoverheid voor.

Kernenergie neemt op dit moment een wat vreemde positie in binnen het Nederlandse energiedebat. Politiek en maatschappelijk lijkt een meerderheid voor een uitbreiding van de hoeveelheid kernenergie te zijn, maar vanwege de hoge instapkosten zijn er tot nu toe nog geen geïnteresseerde commerciële partijen die hierin willen stappen.

Een alternatief is de kleine modulaire kernreactoren waarin Frankrijk een miljard euro en het Verenigd Koninkrijk honderden miljoenen euro’s in investeren. “Mogelijk is dit ook een alternatief voor Nederland”, denkt Heshusius.

“Wellicht ziet het kabinet een toekomstig Nederlands expertisegebied voor zich, terwijl de energiemix verder wordt verduurzaamd. Niet voor de periode tot 2030, maar voor de periode erna.”

Als een bedrijf een kerncentrale wil bouwen, moet het eerst een vergunning aanvragen bij de Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming. Door de veiligheidsrisico’s kan deze procedure behoorlijk wat tijd in beslag nemen en ook de bouw van een reactor is een tijdrovende klus. Wie zou daarin willen stappen?

De Gedeputeerde Staten van Brabant liet TNO en NRG een onderzoeksrapport opstellen naar een mogelijke rol van kernenergie in de provincie Noord-Brabant. De provincie wil het initiatief nemen tot een Duurzame Coalitie Kernenergie Brabant, dat zich inzet voor de realisatie van kernenergie tussen 2030 en 2050.

“Je hoort dan vaak dat Franse kernenergiebedrijven hier ook wel zouden willen bouwen, maar dat blijft onduidelijk. Al met al is het goed dat het komende kabinet alle opties onderzoekt om de energiemix te verduurzamen, maar kernenergie blijft echt een optie voor de doelstellingen na 2030”, zo besluit Heshusius.