Willen we schoon water en droge voeten? Dan moeten we waterschappen meer ruimte geven op het stroomnet
24.02.2025 Evelien Schreurs

Waterschappen hebben meer elektriciteit nodig om water te zuiveren en om grote hoeveelheden neerslag te verwerken. Deels kunnen waterschappen hun stroomgebruik aanpassen, maar er zullen uiteindelijk ook structurele maatregelen nodig zijn zoals het verzwaren van hun stroomaansluiting. Want in de huidige situatie overschrijden waterschappen soms noodgedwongen het gecontracteerd vermogen om aan hun wettelijke taken te kunnen voldoen.
Om hun taken uit te kunnen voeren, hebben waterschappen steeds meer elektriciteit nodig. Dat gaat om een stijgende elektriciteitsvraag van 20 tot 40 procent in de komende vijftien jaar. Aart Los, beleidsadviseur energie bij de Unie van Waterschappen, legt uit waardoor het stroomgebruik van waterschappen zo sterk toeneemt.
Ten eerste zijn er steeds hevigere pieken in neerslag. Op die momenten moeten de gemalen van waterschappen extra hard werken om het water weg te pompen en heeft het waterschap dus een hoge piekvraag naar elektriciteit. Dit soort piekmomenten met grote hoeveelheden neerslag zullen naar verwachting in de toekomst steeds vaker voorkomen.
Ten tweede krijgt Nederland steeds meer inwoners. Daardoor moeten waterschappen meer afvalwater zuiveren, waardoor structureel een hogere elektriciteitsvraag is voor het zuiveringsproces.
Ten derde zijn er vanuit Europa strengere eisen gesteld aan het zuiveren van medicijnresten uit afvalwater. “Dat betekent dat je een extra zuiveringstrap op je zuiveringsinstallatie moet zetten en dat kost ook extra elektriciteit”, vertelt Los.
De hoge elektriciteitsvraag van waterschappen is dus zowel structureel als incidenteel, legt Los uit. “Enerzijds gaat het om noodsituaties waarin we tegen grenzen kunnen aanlopen. En het is ook meer structureel omdat zuiveringsinstallaties meer afvalwater op een betere manier moeten zuiveren.”
Overschrijden gecontracteerd vermogen
Door de groeiende elektriciteitsvraag willen waterschappen hun elektriciteitsaansluiting verzwaren, maar door netcongestieproblematiek is dat vaak niet mogelijk. “Dus we hebben te doen met uitdagingen in onze kerntaken, in een omgeving waarin een netaansluiting niet meer vanzelfsprekend is”, aldus Los. Volgens de Unie van Waterschappen overschrijden rioolwaterzuiveringen en gemalen het gecontracteerd vermogen nu al met enkele procenten tot 80 procent.
De problemen die netcongestie kan betekenen voor waterschappen werden in 2023 duidelijk in de kerstvakantie, met een hoogwatersituatie, vertelt Los. “Toen hadden we een periode waarin er heel veel neerslag was, al weken. Dus de regionale watersystemen zaten vol, de grond was verzadigd met water.”
“Op de rivieren kwam er hoog water vanuit Duitsland. Toen hebben heel veel gemalen heel lang, water weg moeten pompen, ze stonden zo hard te pompen dat er sprake was van het overschrijden van het gemaximeerde contractvermogen dat waterschappen bij de netbeheerder hadden.”
Vragen om voorrang
Om dergelijke grote neerslagpieken te kunnen verwerken, vragen waterschappen om toestemming om tijdens calamiteiten zoals hoogwater het gecontracteerd vermogen te mogen overschrijden. Daarover gaan de waterschappen in gesprek met netbeheerders.
Voor de structurele groeiende stroomvraag, vragen waterschappen om voorrang bij het toekennen van extra vermogen. De waterschappen staan, met andere veiligheidsorganisaties, op plek twee van organisaties die voorrang krijgen op een elektriciteitsaansluiting of –verzwaring. Waterschappen vragen, wegens het maatschappelijk belang van het uitvoeren van hun taken, om op plek één op de voorrangslijst te staan (die voorrangspositie is toegewezen aan congestieverzachters). “Dat zal zeker helpen, maar alleen als de netbeheerder ook netcapaciteit heeft om te verdelen”, zegt Los.
Tot die tijd zullen waterschappen ook hun bestaande aansluiting efficiënter moeten gebruiken. “Waterschappen kijken binnen hun eigen bedrijfsvoering of ze hun zuivering of gemaal congestiegevoeliger of congestiebewust in kunnen zetten. Ze kijken of ze meer van hun eigen energie-opwek achter de meter kunnen behouden door middel van energieopslag in batterijen bijvoorbeeld”, vertelt Los.
Ook zijn er nog een paar manieren waarop waterschappen energie zouden kunnen besparen, vertelt Los. Bijvoorbeeld met nieuwe pompen die energiezuiniger werken of door op slimme momenten de pompen aan te zetten.
De waterschappen sloten, als eerste sector, een netcongestiedeal met het Ministerie van Klimaat en Groene Groei en Netbeheer Nederland. Deze organisaties gaan samen de mogelijkheden verkennen waarop waterschappen ondanks netcongestie hun taken goed kunnen blijven uitvoeren.
Opwek
Waterschappen zijn niet alleen gebruiker, maar ook producent van elektriciteit, vertelt Los. Door opwek, opslag en gebruik goed op elkaar af te stemmen (achter de meter) zou het principe van een smart energy hub ook kunnen worden toegepast op waterschappen.
Waterschappen wekken stroom op met zonneparken en windmolens die bijvoorbeeld zijn aangesloten op waterzuiveringsinstallaties. Ook wekken waterschappen energie op door middel van aquathermie, zowel met afvalwater, gezuiverd water en oppervlaktewater. Daarnaast produceren waterschappen ook groen gas uit biogas.
Met deze energiebronnen kunnen waterschappen deels in hun eigen energiebehoefte voorzien, al zijn ze soms ook slechts bronhouder, wat betekent dat de energie geleverd wordt aan andere organisaties. Daarbij geldt dat waterschappen ook bij het voeden van het net te maken hebben met netcongestie.
Waterschappen verkennen ook de mogelijkheden om met omliggende bedrijven energie te gaan delen, maar dat ligt voor hen wat lastiger dan voor andere organisaties, omdat energie delen ook risico’s met zich meebrengt, aldus Los. “Waterschappen hebben een maatschappelijke functie om voor ieders waterveiligheid en oppervlaktewaterkwaliteit te zorgen. Dat zijn wettelijke taken waar wij geen concessies in gaan doen.”
De uiteindelijke oplossing ligt volgens Los in het uitbreiden van de elektriciteitsaansluiting van waterschappen en tot die tijd zullen waterschappen slim moeten omgaan met de aansluiting die ze hebben, al kan dat maar tot een bepaald punt, want “regen laat zich niet plannen”.