Zonneparken ‘slachtoffer van eigen succes’
25.07.2025 Gijs de Koning

De uitrol van grootschalige zonne-energie in Nederland is lange tijd zeer succesvol geweest, maar kampt de laatste jaren met serieuze uitdagingen. Marges staan onder druk, negatieve stroomprijzen nemen toe en de businesscase wankelt ten gevolge van de enorme toename van PV in de energiemix. “We zijn in zekere zin slachtoffer van ons eigen succes”, stelt Eelco Hoogduin, managing director bij Zonnepark Services. Toch ziet hij volop kansen voor optimalisatie, mits zonneparkeigenaren actiever sturen.
Hoogduin is sinds 2012 actief in de grootschalige zonne-energiesector en zag de markt volwassen worden. Waar 200 kilowatt in Nederland toen nog als ‘grootschalig’ gold, beheert Zonnepark Services nu 1,5 gigawatt aan installaties. De organisatie is uitgegroeid tot marktleider in technisch onderhoud en assetmanagement.
Rendement onder druk
Toch zijn de tijden veranderd. De businesscase voor zonneparken is lastiger geworden, met name door de opkomst van negatieve stroomprijzen. Zonneparken hebben een belangrijke bron van inkomsten via de SDE+ (Stimulering Duurzame Energieproductie en Klimaattransitie) -subsidie. Deze subsidie vergoedt het onrendabele deel tussen de kostprijs van het opwekken van stroom en de marktprijs op dat moment. De voorwaarden van de regeling hangen af van het opleverjaar van de zonne-installatie.
In de beginjaren vanaf 2016 kregen zonneparken ook bij negatieve stroomprijzen subsidie via de SDE-regeling. Pas bij zes of meer aaneengesloten uren met een negatieve stroomprijs op de day-ahead markt werd er niet meer gesubsidieerd. Vanaf 2021 werd dit elk uur met een negatieve stroomprijs. Vanaf september 2025 zal de regeling verder versoberd worden en alle kwartieren waarin de day-aheadprijs voor stroom negatief is niet meer uitkeren.
Het ontstaan van die negatieve uurprijzen legt Hoogduin als volgt uit: “De kosten van zonne-energie zijn het afgelopen decennium spectaculair gedaald, het is op veel plekken op de wereld veruit de goedkoopste manier van elektriciteitsopwekking.”
“Zonne-energie werkt voornamelijk op zonnige momenten, en dat is niet 24 uur per dag of 365 dagen per jaar. Door het succes van solar zie je dat de prijzen op zonnige momenten laag en soms zelfs negatief zijn, omdat zon geen brandstofkosten heeft, de marginale kostprijs van een kilowattuur is bij zonne-energie zo goed als nul.”
“Andere elektriciteitsopwekkers zoals Gascentrales kunnen dan vaak niet uit, en moeten hun winst in minder uren maken. Daardoor wordt de spreads op de elektriciteitsmarkt groter: de prijs wordt heel laag als de zon schijnt, en juist hoog als die er niet is. Voor windenergie geldt een min of meer vergelijkbaar verhaal.”
"Feitelijk is het gewoon kannibalisatie”, voegt Hoogduin toe. “Door het succes van zon treedt er een overschot op, waardoor negatieve stroomprijzen ontstaan. In die zin zijn we een beetje slachtoffer van ons eigen succes." De verwachting is dat grootschalige batterij-opslag, elektrificatie en meer flexibele vraag zich de komende jaren sterk gaan ontwikkelen, en dit probleem deels zullen oplossen
Oplossingsgericht denken
Zonneparken zijn minder voorspelbaar dan voorheen. Waar een zonnepark vroeger kon ‘renderen op de automatische piloot’, vereist de sector nu actief beheer. “De inkomsten zijn niet meer vanzelfsprekend. Het is belangrijk dat zonneparkeigenaren niet achteroverleunen, maar voortdurend kijken naar kansen en risico’s.”
Dat vraagt om slimme koppelingen, bijvoorbeeld met lokale afnemers of batterijen. “Kijk goed wat er in je omgeving gebeurt. Zijn er agrariërs met e-boilers of fabrieken met grote afnamepieken? Kun je samenwerken of stroom lokaal bufferen? Dat maakt je minder kwetsbaar voor marktvolatiliteit.”
Optimaliseren
Een marktpartij als Zonnepark Services doet daarom meer dan alleen storingen oplossen. “We willen meerwaarde bieden. Dat betekent ook meedenken over de contracten tussen de eigenaren van de zonneparken en de afnemers van de stroom, netcongestiemanagement of de inzet van batterijen.” Voor dat laatste zijn nog wel drempels, zoals financieringsstructuren en, ironisch genoeg, beperkte ruimte op het net.
Ook repowering (het opnieuw inrichten van bestaande zonneparken) komt in beeld. “Niet alleen technisch, door bijvoorbeeld (omvormer)configuraties te veranderen, maar ook financieel en contractueel. Je moet kijken of de afspraken die ooit zijn gemaakt nog passen bij de realiteit van vandaag.”
Stuurbaarheid
Een belangrijk aandachtspunt is volgens Hoogduin de ‘stuurbaarheid’ van zonneparken. “Als je wilt meedoen aan congestiemanagement of flexibel wilt inspelen op marktprijzen, moet je snel kunnen schakelen. Dan is het niet handig als een kastje met dataverbinding stukgaat en je de hele sturing kwijt bent.”
Samenwerking met netbeheerders wordt steeds belangrijker. “We zien dat zij steeds meer openstaan voor creatieve oplossingen. Ga fysiek aan tafel dat gesprek aan en kijk wat er mogelijk is, bijvoorbeeld rond batterijen of flexcontracten.”
Volgens Hoogduin zal het zonnepark van de toekomst vooral flexibeler, slimmer en lokaler zijn. “De focus verschuift van maximale productie naar optimale inpassing. Batterijen, slimme koppelingen met verbruik en data-gedreven aansturing gaan een grotere rol spelen.”
Recycling en reparatie worden ook belangrijker. “Oude panelen of omvormers zijn vaak lastig te vervangen door nieuwe vanwege afwijkende specificaties. Reparatie wordt dan een aantrekkelijke oplossing om uniformiteit en prestaties te behouden.”
Een andere mindset nodig
Tot slot is er een verschil in risicoprofiel tussen grote zonneparken en zon op daken, benadrukt Hoogduin. “Particulieren hebben jarenlang kunnen salderen en daarmee snelle terugverdientijden gerealiseerd. Bij zonneparken is dat nooit het geval geweest. Investeringen zijn groter en risico’s hoger. Toch zie je nu een hernieuwde focus op zon bij bedrijven, juist omdat ze hun eigen verbruik kunnen matchen met de opwek.”
Zijn boodschap aan de sector is duidelijk: “De tijden zijn veranderd. Succes vereist actieve sturing, samenwerking en strategisch denken. De zonne-energiemarkt heeft nog altijd veel potentie, ook in Nederland.”