Afschaffen salderingsregeling: wat kunnen we leren van de zuiderburen?
30.01.2025 Evelien Schreurs

Per 2027 zal de salderingsregeling worden afgeschaft. Dit zal zeker impact hebben op de zonne-energiesector, maar hoe die er precies uit zal zien moet nog blijken. Om een idee te krijgen, kunnen we kijken naar Vlaanderen: ook daar werd subsidiëring van zonnestroom stopgezet. Wannes Demarcke, beleidsexpert PV bij Organisatie Duurzame Energie Vlaanderen, vertelt hoe het er daar aan toe ging.
Wie tot eind 2020 in Vlaanderen zonnepanelen plaatste mocht gebruik maken van de terugdraaiende teller. Die werkte niet precies hetzelfde, maar maakte het net als de salderingsregeling voordelig om zonnestroom op te wekken en het net op te sturen. Deze regeling leidde dan ook, net als de salderingsregeling in Nederland, tot een groot aantal installaties van zonnepanelen.
Vanaf 2019 kregen alle nieuwe eigenaren, en een deel van de bestaande eigenaren, van zonnepanelen in Vlaanderen een digitale meter. Daarbij was de belofte dat deze geen impact zou hebben op de terugdraaiende teller. Die belofte werd later niet nagekomen toen het Grondwettelijk Hof van België begin 2021 oordeelde dat huishoudens met een digitale meter toch niet meer mochten ‘terugdraaien’.
Vervolgens was er dan ook een daling te zien in het nieuw geïnstalleerde zonnevermogen. Echter begonnen in 2022 en 2023 de cijfers weer toe te nemen, in lijn met de groei die tot en met 2019 te zien was. Een ware ‘solarcoaster’ noemt Demarcke deze schommelingen in de installatiecijfers.
Onderstaande grafiek laat het bijkomed vermogen van kleine zonne-installaties (onder 10 kilowatt) in Vlaanderen zien (Voor 2024 zijn het nog voorlopige aantallen).

Een overgangsperiode zorgt voor turbulentie, zegt Demarcke. In Vlaanderen bleven mensen bijvoorbeeld de terugdraaiende teller vergelijken met het nieuwe systeem (zonder terugteller). “Pas toen mensen zich voornamelijk gingen focussen op het nieuwe systeem, begonnen de verkopen weer aan te trekken.”
Dat de Vlaamse zonnesector zich na een terugval in de installatiecijfers weer herpakte, komt volgens Demarcke ook door twee premies die hielpen het eigen gebruik van zonne-energie te stimuleren. Dat ging om de batterijpremie, die de aanschaf van thuisbatterijen aantrekkelijker maakte en om de premie ‘sturing elektrische warmte’, die stimuleerde om elektrische verwarming (zoals boilers en warmtepompen) zoveel mogelijk te gebruiken wanneer er zonnestroom beschikbaar is.
“Al met al is die impact dus beperkt gebleven door de ondersteuning van die batterijen en door in te zetten op sturing”, zegt Demarcke. Het verhogen van het eigen gebruik, bijvoorbeeld met een elektrische auto, een batterij of een boiler, worden namelijk een stuk interessanter wanneer het leveren van stroom aan het elektriciteitsnet minder rendabel wordt.
Bruuske overgang
Volgens Demarcke is een belangrijk verschil tussen de Vlaamse en de Nederlandse situatie dat de salderingsregeling in Nederland in één keer wordt stopgezet. “Die overgang bij jullie lijkt mij heel bruusk. Bij ons was dat verschil in terugverdientijd niet zo groot. Het prosumententarief - een nettarief op basis van het omvormervermogen - viel weg, je kon geïnjecteerde stroom verkopen aan een leverancier en er waren ook een aantal premies. Voor bestaande prosumenten werd een ‘retro-actieve premie’ ingevoerd om het resterende verschil te compenseren. En voor nieuwe installaties was er een ook een premie, die gedurende 2 jaar stelselmatig afgebouwd werd.”
Bovendien moeten we in Nederland nog twee jaar wachten tot het einde van de salderingsregeling er echt is. Voor de terugverdientijd van zonnepanelen is dat voordelig, maar volgens Demarcke zou het ook voordelen hebben als die aanlooptijd wat korter zou zijn. “Dus dat is denk ik in het nadeel voor jullie. Dat je eigenlijk nog twee jaar hebt dat je blijft discussiëren over salderen, wat misschien juist meer een impact heeft op de markt.”
Stimulans voor eigen gebruik
Momenteel zijn er nog zo’n 400.000 huishoudens met terugdraaiende teller, maar zij zullen in 2025 ook moeten overstappen naar een digitale meter. Hoewel die terugdraaiende teller voordelig is voor bezitters van zonnepanelen, zijn er ook mensen die er zelf voor kozen om al eerder naar de digitale meter over te stappen (en dus niet meer kunnen salderen).
Demarcke: “Als je veel overschotten hebt, als je bijvoorbeeld 8.000 kilowattuur produceert en je 3.000 kilowattuur verbruikt, dan is het interessant. Plaats je een batterij en verhoog je zelfverbruik, dan is het ook interessant. Plaats je een elektrische wagen, dan ga je misschien ook een hoog zelfverbruik hebben, is het interessant omdat het prosumententarief wegvalt.”
In Vlaanderen werden de kosten die zonnepanelenbezitters betaalden voor het leveren van stroom dus verlaagd en kwamen er subsidies die eigen gebruik van zonnestroom stimuleren. Daarnaast was er ook tijdelijk een investeringskorting voor mensen die zonnepanelen aanschaften. Daardoor werd het verschil in terugverdientijd van zonnepanelen niet ineens lager, maar ging dat meer stapsgewijs.
De toekomst kan hij niet voorspellen, maar als Demarcke de Nederlandse en Vlaamse situatie vergelijkt, verwacht hij dat ook de Nederlandse zonne-energiesector uiteindelijk weer zal herstellen. Want ook zonder salderen blijven zonnepanelen een rendabele investering. “De terugverdientijd zal misschien niet op het niveau liggen van ervoor, dus mensen moeten misschien aan het idee wennen dat het ook dan interessant blijft.”