Een Europese balanceeract

24.10.2023 Wim Sinke Emeritus professor aan de Universiteit van Amsterdam

Een Europese balanceeract
©Jan Willem Steenmeijer

In de afgelopen jaren ging het steeds vaker over grondstoffen, toeleveringsketens, maakindustrie en strategische (on)afhankelijkheid. De mondiale rolverdeling tussen landen van grondstoffen- of energieleveranciers, producenten van agrarische producten, werkplaatsen-van-de-wereld, dienstverleners of toeristische attracties, die voor Europa lange tijd gunstig leek uit te pakken blijkt ook grote nadelen te hebben en bovendien niet houdbaar te zijn.

Onbedoeld, ongewenst en voor velen ook onverwacht komen we steeds meer terecht in een situatie van geopolitieke hoogspanning waarin handelsbeperkingen en protectionistische maatregelen weer serieus worden besproken. Op de recente Europese zonne-energieconferentie (EUPVSEC) in Lissabon stonden onze grote afhankelijkheid van China wat betreft zon-PV-hardware – panelen, omvormers, et cetera – en versterking, respectievelijk bescherming van de eigen maakindustrie bovenaan op de discussieagenda.

Bij die vaak nogal emotionele discussies is het de kunst om wensen en ambities duidelijk te onderscheiden van de feitelijke situatie op dit moment en de snelheid waarmee die zou kunnen veranderen. Het is ook belangrijk om ons ervan bewust te zijn dat we jarenlang maar al te graag de vruchten hebben geplukt van de enorme schaalvergroting die China heeft gerealiseerd of zelfs geforceerd.

De kosten- en prijsverlagingen zijn daardoor sneller en verder gegaan dat we ons konden voorstellen en mede daarom staat Nederland nu in de wereldtop wat betreft de toepassing van zon-PV. Als gebruikelijk koos men hier massaal met de portemonnee en slechts weinigen waren bereid om iets meer te betalen voor producten van Europese bodem om zo de maakindustrie een steun in de rug te geven.

Het is wat mij betreft fantastisch en ook echt noodzakelijk dat er in Nederland en Europa initiatieven zijn om productie van onder meer zonnecellen, -panelen en -folies op te zetten of uit te breiden. Denk bijvoorbeeld aan Solarge, HyET Solar en SolarNL, die eerder in Solar365 werden besproken.

Zulke initiatieven verdienen steun van onze overheid, maar nadrukkelijk ook van marktpartijen, zeg maar van ons allen, om succesvol te kunnen worden. De balanceeract is dat we enerzijds niet zonder veel import kunnen én willen, maar anderzijds een ‘fair share’ in de mondiale productie willen bereiken.

Hoe pakken we dat aan? Brussel worstelt ermee, Den Haag worstelt ermee en ook veel consumenten worstelen ermee. Importheffingen, koolstofbelasting, verschillende soorten subsidies, een verplicht aandeel Europese producten in projecten, labels en keurmerken enzovoorts. Er is waarschijnlijk geen silver bullit die goed en snel werkt, maar er moet wel iets gebeuren. Het begint in ieder geval met het bewustzijn van de uitdaging waarvoor we gezamenlijk staan. Vandaar deze column.