Hoeveel zonnestroomvermogen kan er nog bijkomen tot 2050?

07.02.2024 Daan Jansen

Hoeveel zonnestroomvermogen kan er nog bijkomen tot 2050?

In het Nationaal Plan Energiesysteem wordt maximaal ingezet op het aanbod van duurzame energie. De indicatieve richtingswaarde voor zonnestroomvermogen uit het plan voor 2030 is dan ook ambitieus. Om de indicatieve richtingswaarde toch te realiseren zijn grote stappen in beleid en innovatie nodig. Door de richtwaarde af te zetten tegen recente scenario’s van Netbeheer Nederland en TNO en de forecast van Dutch New Energy Research (DNE Research) uit het Nationaal Solar Trendrapport 2024 wordt duidelijk hoe de rol van zonne-energie eruit komt te zien in het energiesysteem van de toekomst.

De scenario’s moeten niet worden gezien als verwachtingen, maar als de rol van zonnestroomvermogen in mogelijke energiesystemen die allen de Nederlandse klimaatdoelen behalen. Het Nationaal Plan Energiesysteem schetst het energiesysteem van de toekomst en de indicatieve vermogensontwikkeling van zonnestroomvermogen die daarbij hoort. Het is belangrijk om daarbij te onthouden dat dit geen expliciet doel is en dat die getallen daarom beter gezien kunnen worden als richtwaarden.

©Dutch New Energy Research


Het valt gelijk op dat de scenario’s erg veel verschillen. De scenario’s van TNO laten de komende jaren de minste groei zien van zonnestroomvermogen. Deze scenario’s zijn echter ook het langst geleden ontwikkeld waardoor de auteurs onvoldoende rekening hebben kunnen houden met de extreme groei van zonnestroomvermogen in 2022 en 2023.

De recentere scenario’s van Netbeheer Nederland variëren van 42 tot 76 gigawattpiek in 2030. De indicatieve vermogensontwikkeling van het Nationaal Plan Energiesysteem ligt daar met 59 gigawattpiek tussenin. In 2035 is dat zelfs 98 gigawattpiek.

©Dutch New Energy Research


De koers die DNE Research in het basisscenario van de forecast schetst op basis van huidig beleid en marktontwikkelingen is echter onvoldoende om 59 gigawattpiek in 2030 te realiseren. Het is dus de vraag of succesvol beleid zal worden geïntroduceerd dat in staat zal zijn om die richtwaarde wel te halen.

De onderstaande grafiek geeft zowel de elektriciteitsvraag als het elektriciteitsaanbod weer in het Nationaal Plan Energiesysteem-scenario en de scenario’s van Netbeheer Nederland. Dat schetst een uitgebreider beeld van de mogelijke inrichting van het elektriciteitssysteem in 2035 en de rol van zonnestroom daarin.

©Dutch New Energy Research


In de indicatieve cijfers voor 2035 uit het Nationaal Plan Energiesysteem sluit zowel vraag als aanbod van elektriciteit nauw aan bij het ND-scenario (Nationale drijfveren) van Netbeheer Nederland. Dat is het scenario met de meeste ambitie voor de zonne-energiesector. Dit is geen verrassing omdat al eerder bekend was dat er in het Nationaal Plan Energiesysteem maximaal ingezet wordt op het aanbod van met name van elektriciteit. Dit wordt gezien als een no regret-optie.

Op het eerste gezicht lijkt het alsof er minder elektriciteit wordt opgewekt door zonnepanelen in het Nationaal Plan Energiesysteem-scenario, maar dat komt door de lagere capaciteitsfactor die wordt gebruik in het Nationaal Plan Energiesysteem (7,6 procent), vergeleken met de capaciteitsfactor van de scenario’s van Netbeheer Nederland (10,5 procent).

In alle scenario’s is het elektriciteitsaanbod op jaarbasis significant hoger dan de elektriciteitsvraag. Dat is deels verklaarbaar doordat Nederland in de toekomst waarschijnlijk een netto-exporteur zal zijn van (hernieuwbare) elektriciteit. Toch zal een significant deel van de hernieuwbare elektriciteit worden opgewekt op momenten dat er onvoldoende vraag is, terwijl er op andere momenten sprake zal zijn van tekorten. Flexibele vraag en elektriciteitsopslag worden daarom steeds belangrijker.

©Dutch New Energy Research


In het Nationaal Plan Energiesysteem wordt er ingezet op elektriciteitsopslag, maar concrete doelstellingen worden niet gegeven. De grafiek hierboven laat zien met welke cijfers Netbeheer Nederland heeft gerekend. In 2035 variëren de scenario’s tussen de 12 en de 29 gigawatt aan opslagvermogen. Grootschalige opslag maakt dan 52 procent uit van de totale opslagcapaciteit (exclusief elektrische auto’s).

Outlook 2035 tot met 2050
Het zonnestroomvermogen in 2050 varieert in de scenario’s van 55 tot 183 gigawattpiek. Gezien de richtwaarden uit het Nationaal Plan Energiesysteem lijkt de bovenkant van dat bereik waarschijnlijker. Naar verachting zal Nederland in 2050 een netto-exporteur zijn van elektriciteit en zal op veel tijdstippen hernieuwbare stroom moeten worden afgeschakeld of opgeslagen.

©Dutch New Energy Research


Het zonnestroomvermogen in 2050 varieert in de scenario’s van 55 tot 183 gigawattpiek. Gezien de richtwaarden uit het Nationaal Plan Energiesysteem lijkt de bovenkant van dat bereik waarschijnlijker. De indicatieve vermogensontwikkeling uit het Nationaal Plan Energiesysteem bereikt namelijk 172 gigawattpiek in 2050. Om dat vermogen te bereiken is in de periode van nu tot met 2050 een jaarlijkse groei nodig van ongeveer 5,5 gigawattpiek per jaar.

Het is echter belangrijk om daarbij te onthouden dat dit geen expliciet doel is, en dat die getallen daarom beter gezien kunnen worden als streefwaarden. Bovendien wordt het Nationaal Plan Energiesysteem periodiek geëvalueerd en indien nodig aangepast.

©Dutch New Energy Research


Hoewel de verwachte elektriciteitsvraag in het Nationaal Plan Energiesysteem in 2050 nauw aansluit bij het II3050 NAT-scenario (Nationaal leiderschap) van Netbeheer Nederland, is het elektriciteitsaanbod aanzienlijk overvloediger. In het Nationaal Plan Energiesysteem is er in 2050 ongeveer twee keer meer elektriciteitsaanbod dan elektriciteitsvraag. Dit kan deels verklaard worden door export, afschakeling en conversie naar andere energiedragers zoals waterstof.

Het is ook het resultaat van maximale inzet op schone elektriciteit. Dat wordt op dit moment namelijk gezien als een no regret-optie. Wanneer het energiesysteem van de toekomst meer vorm begint te krijgen, is het dus mogelijk dat de indicatieve vermogensontwikkeling van bepaalde technologieën, waaronder zonne-energie, naar onderen wordt bijgesteld.

©Dutch New Energy Research


Door ongelijktijdigheid van de elektriciteitsvraag en het hernieuwbare elektriciteitsaanbod is flexibele vraag en elektriciteitsopslag cruciaal in alle scenario’s. Elektriciteitsopslag is bovendien goed te combineren met zonnestroomvermogen omdat het niet alleen hernieuwbare elektriciteit beschikbaar stelt op momenten dat er onvoldoende wordt opgewekt, maar ook omdat er dan meer elektriciteit door een (kleinere) aansluiting kan, en netcongestie kan worden bestreden.

lees ook

In het Nationaal Plan Energiesysteem wordt er ingezet op elektriciteitsopslag, maar concrete doelstellingen worden niet gegeven voor 2050. De grafiek hierboven laat zien met welke cijfers Netbeheer Nederland heeft gerekend. In 2050 variëren de scenario’s tussen de 32 en de 64 gigawatt aan opslagvermogen. Grootschalige opslag is dan goed voor ongeveer de helft van het totale opslagvermogen (exclusief elektrische auto’s).

©Dutch New Energy Research


Ondanks dat flowbatterijen maar een klein aandeel van het opslagvermogen (gigawatt) voor hun rekening nemen, kunnen deze batterijen erg veel elektriciteit opslaan (gigawattuur). Het opslagvermogen van elektrische auto’s is niet terug te vinden in de grafiek, maar is desalniettemin een belangrijke factor voor de flexibiliteit van het energiesysteem in 2050.