50 procent meer hernieuwbare energie is een opmaat voor de komende jaren
12.01.2024 Jan de Wit

In 2023 is 50 procent meer opwekcapaciteit van hernieuwbare energie geïnstalleerd dan in 2022, dat concludeert het Internationaal Energieagentschap in het rapport Renewables 2023. Niet alleen is zonne-energie de belangrijkste drijver achter deze recordgroei, maar dat zal de komende jaren ook zo blijven. Hierdoor wordt de COP28-doelstelling van een verdrievoudiging van de hernieuwbare energieopwekcapaciteit in 2030 haalbaar. Ook wordt de eerdere IEA-voorspelling, dat het aandeel steenkool wordt ingehaald door hernieuwbare energie in 2025, steeds onvermijdelijker.
In 2023 is er wereldwijd 507 gigawatt nieuwe opwekcapaciteit van hernieuwbare energie geïnstalleerd, bijna 50 procent meer dan in 2022. Een nieuw recordjaar voor de hernieuwbare energiesector is nauwelijks nieuws meer, aangezien dit het tweeëntwintigste recordjaar op rij is.
Het IEA verwacht dat de opwek van wind- en zonne-energie op land tot 2028 ruim zal verdubbelen in de Verenigde Staten, de Europese Unie, India en Brazilië. Driekwart van de wereldwijde groei bestaat uit nieuwe zonne-energie-installaties, de sector groeide wereldwijd met 116 procent ten opzichte van 2022.
Het IEA ziet wereldwijd de meeste groeipotentie voor windmolens op land en zonnepanelen in het utiliteitssegment. De laatste categorie laat zich namelijk relatief eenvoudig sturen door overheidsbeleid, waar het tempo onder consumenten altijd een “voorspellingsonzekerheid” bevat. Een constatering die meer dan ooit opgaat voor de Nederlandse zonne-energiesector.
Op het gebied van zonne-energie blijft China de absolute koploper. In 2023 nam het net zoveel opwekcapaciteit in gebruik als de hele wereld samen in 2022. De windenergiesector had het lastiger door een aanhoudende verstoring van de toeleveringsketen, hogere kosten en lange vergunningstermijnen. Toch groeide de sector – dankzij China – nog altijd met 66 procent ten opzichte van 2022.
“Wind- en zonne-energie op land zijn tegenwoordig bijna overal goedkoper dan nieuwe centrales op fossiele brandstoffen, en goedkoper dan bestaande centrales op fossiele brandstoffen in de meeste landen. Het huidige beleid en de huidige marktomstandigheden de mondiale capaciteit voor hernieuwbare energie al op koers ligt om tegen 2030 tweeënhalf keer zo groot te zijn. Het is nog niet genoeg om de COP28-doelstelling van het verdrievoudigen van hernieuwbare energiebronnen te bereiken, maar we komen dichterbij”, zegt IEA-directeur Fatih Birol.
De komende vijf jaar zal de opwekcapaciteit van hernieuwbare energie in recordtempo blijven toenemen. 96 procent van deze groei zal van wind- en zonne-energie komen. Behalve dat de uitbreiding van de waterkracht- en bio-energiecapaciteit de komende vijf jaar lager zal liggen dan in de afgelopen vijf jaar, noemt het IEA het ook “reality check” voor waterstof. Naar verwachting zal slechts 7 procent van de voorgestelde capaciteit draaien in 2030.
COP28-doelstelling is haalbaar, mits grote uitdagingen worden aangepakt
De komende vijf jaar zal er wereldwijd bijna 3.700 gigawatt aan nieuwe hernieuwbare opwekcapaciteit operationeel worden. Dat zou betekenen dat er mondiaal 7.300 gigawatt zal staan in 2028. In dit tempo komt de opwekcapaciteit in 2030 uit op tweeënhalf keer meer dan in 2022. Hiermee komt een verdrievoudiging in 2030 ten opzichte van 2022 in zicht, wat op de Klimaatconferentie van Dubai (COP28) in december is afgesproken.
Wanneer overheden wereldwijd besluiten om hernieuwbaar energiebeleid versneld in te voeren kan het totaal zelfs met 21 procent oplopen tot ruim 8.130 gigawatt in 2028. Om tegen 2030 boven de 11.000 gigawatt opwekcapaciteit van hernieuwbare energie uit te komen – en daarmee aan de COP28-doelstelling te voldoen – is daarna in 2029 en 2030 nóg een forse versnelling nodig. In deze jaren moet er nogmaals 165 procent meer worden geïnstalleerd dan in 2027 en 2028.

De opwekcapaciteit zou in 2029 en 2030 nogmaals met 35 procent moeten groeien, waar de extra capaciteit van windenergie moet verdubbelen. De extra capaciteit van waterkracht en andere hernieuwbare energiebronnen zou zelfs moeten verdrievoudigen. Dan is de opwekcapaciteit van hernieuwbare energie wel in overeenstemming met het klimaatneutrale scenario in 2050 van het IEA.
Dat levert vier mondiale uitdagingen op: gebeurtenissen zoals de energiecrisis zorgen voor beleids- en investeringsonzekerheden, er wordt onvoldoende geïnvesteerd in de netwerkinfrastructuur, de vergunningstrajecten van energie- en energie-infrastructuurprojecten zijn te lang en er is onvoldoende financiering beschikbaar voor ontwikkelingslanden.
“Er moeten nog enkele grote hindernissen worden overwonnen, waaronder het moeilijke mondiale macro-economische klimaat. Voor mij is de belangrijkste uitdaging voor de internationale gemeenschap het snel opschalen van de financiering en inzet van hernieuwbare energiebronnen in de meeste opkomende en zich ontwikkelende economieën, waarvan er vele achterblijven in de nieuwe energie-economie”, aldus Birol.
China is de absolute aanjager richting ‘historisch 2025’
In 2023 waren de G20-landen gezamenlijk goed voor een kleine 90 procent van de mondiale hernieuwbare energiecapaciteit, met China als ongeëvenaarde koploper. De komende jaren zal dat niet anders zijn. Het IEA schat dat China verantwoordelijk zal zijn voor 56 procent van de extra opwekcapaciteit die tegen 2028 zal zijn geïnstalleerd.
Daarmee zet het veertiende Vijfjarenplan van de Chinese overheid, dat tot 2025 loopt en uitgaat van klimaatneutraliteit tegen 2060, de Amerikaanse Inflation Reduction Act en de Europese Net-Zero Industry Act in de schaduw. Tot 2028 zal China ruim 2.000 gigawatt hernieuwbare capaciteit installeren, bijna vier keer meer dan de Europese Unie en vijf keer meer dan de Verenigde Staten.

Deze gigantische uitbreiding van de opwekcapaciteit van hernieuwbare energie zal er naar verwachting toe leiden dat steenkool begin 2025 wordt ingehaald als de grootste energiebron wereldwijd voor elektriciteitsopwekking. Wat het IEA vorig jaar al voorspelde in Renewables 2022.
Een jaar later verwacht het IEA dat er mondiaal meer zonne-energie dan kernenergie zal worden opgewekt. Vanaf 2028 zal er dan ook meer zonne-energie dan windenergie worden opgewekt. Dan zullen hernieuwbare energiebronnen verantwoordelijk zijn voor 42 procent van de mondiale elektriciteitsopwekking. Wat gelijk ook de gigantisch restopgave richting 2050 duidelijk maakt, wanneer alle energie duurzaam opgewekt zal moeten worden, of wanneer een aanzienlijk deel van de resterende CO2-uitstoot zal moeten worden afgevangen om wereldwijd klimaatneutraal te zijn.