Hoe ziet de Belgische energietransitie er uit?

12.09.2023 Matthias Vanheerentals

Hoe ziet de Belgische energietransitie er uit?
©Durasun

Eind april heeft de federale regering de eerste krijtlijnen uitgezet van het geactualiseerde Nationaal Energie- en Klimaatplan 2021-2030. Concreet wil de federale overheid tegen 2030 een uitstootvermindering van 55 procent realiseren. Dat plan dateert van eind december 2019 en wordt momenteel verder geactualiseerd. De onderhandelingen lijken nog volop bezig.

Het Nationaal Energie- en Klimaatplan legt de Belgische energie- en klimaatdoelstellingen vast voor de periode van 2021 tot 2030. Het plan beschrijft de maatregelen om die doelstellingen te bereiken.

Het plan legt de krijtlijnen vast voor de transitie naar een duurzaam, betrouwbaar en betaalbaar energiesysteem, volgens de vijf dimensies van de Europese energie-Unie: een koolstofarme Europese Unie (door reductie van broeikasgasemissies), de ontwikkeling van hernieuwbare energie, energie-efficiëntie, bevoorradingszekerheid, interne energiemarkt, onderzoek, innovatie en concurrentievermogen. Het plan beantwoordt ook aan de langetermijnstrategie voor de reductie van de broeikasgasemissies, in overeenstemming met het Akkoord van Parijs.

Uitstootvermindering
De federale overheid wil tegen 2030 een uitstootvermindering van 55 procent realiseren. Op klimaatvlak is het streefdoel een uitstootvermindering van 118 miljoen ton CO2-equivalenten in de non-ETS-sectoren en 25 miljoen ton bijkomende uitstootvermindering nagestreefd. Daarvoor zijn nu een reeks doelstellingen en maatregelen opgesteld die bijdragen aan dit plan.

Hernieuwbare elektriciteit
België ambieert om tegen 2030 40 procent van de elektriciteit hernieuwbaar te produceren. Dat moet een tussenstap zijn naar een volledig hernieuwbare elektriciteitsproductie tegen 2050.

De federale staat zal hier in de eerste plaats aan bijdragen via de verdere uitbouw van offshore windenergie. Het ambitieniveau voor het totale geïnstalleerd vermogen ligt hierbij op 4 gigawatt tegen 2030 en 8 gigawatt tegen 2040. Op Europees niveau is een akkoord bereikt om te gaan voor de algemene EU-doelstelling van minimum 32 procent hernieuwbare energie tegen 2030.

In het federale plan is weinig over zonne-energie te vinden, aangezien dat gewestelijke materie is. Wat betekent dat de Vlaamse, Waalse en Brusselse overheid hiervoor verantwoordelijk zijn.

Vlaanderen
Met de komst van het Vlaams Energie- en Klimaatplan zijn zonnepanelen verplicht op gebouwen waar de elektriciteitsafname hoger is dan 1 gigawattuur per jaar tegen 30 juni 2025. Het zijn de eigenaars, erfpachters en opstalhouders van gebouwen met zo’n afnamepunt die onderworpen zijn aan de verplichting. Voor overheidsgebouwen ligt de drempel op 250 megawattuur per jaar.

De PV-verplichting geldt voor gebouwen gelegen in Vlaanderen die verbonden zijn met het elektriciteitsnet waar – vanaf 2021 – jaarlijks meer dan 1 gigawattuur elektriciteit van het net gehaald wordt. Het zijn de eigenaars, erfpachters of opstalhouders van de gebouwen verbonden met het elektriciteitsnet die aan de verplichting moeten voldoen. Hoe groter de totale dakoppervlakte, hoe meer zonnepanelen vereist zijn.

Omdat publiek organisaties een voorbeeldrol opnemen, is de verplichting strenger voor deze doelgroep. Als publieke organisaties de enige eigenaars, erfpachters of opstalhouders van de gebouwen zijn verbonden met het elektriciteitsnet, geldt de PV-verplichting al bij een afname van meer dan 250 megawattuur per jaar. Vanaf 2030 wordt de verplichting voor publieke organisaties verruimd naar gebouwen verbonden met het elektriciteitsnet waar vanaf 2026 een afname van meer dan 100 megawattuur per jaar geregistreerd wordt.

De Vlaamse overheid kan geen specifieke doelstelling geven hoeveel batterijcapaciteit er in 2030 moet staan. Dit zal afhankelijk zijn van mogelijke verdere prijsdalingen voor opslagcapaciteit en de behoefte aan opslag in de elektriciteitsmarkt. In Vlaanderen zijn er ook meer en meer initiatieven voor grootschalige projecten voor batterijopslag. Er zullen wel normen worden ingevoerd voor grote afnemers.

Wallonië
In het recent bijgestelde Plan Air Climat Energie vergroot Wallonië de ambities ten aanzien van de energietransitie. De ontwikkeling van fotovoltaïsche energie is een subdoelstelling. De Waalse overheid wil op grote schaal het energielabel op residentiële en zakelijke gebouwen verbeteren. De Waalse regering wil de installatie van grote installaties ook vergemakkelijken.

Wallonië heeft ook becijferd wat de productiecapaciteit van zonne-energie in 2030 moet zijn. Voor elektriciteitsproductie is de doelstelling om in 2030 5.100 gigawattuur te produceren via fotovoltaïsche cellen tegenover 1.330 gigawattuur in 2020. Dit is om en nabij het equivalent van 300 megawattpiek per jaar, twee keer zoveel als in het voorgaande plan en de markt nu doet. Wallonië streeft ook naar 212 gigawattuur hernieuwbare warmteproductie via zonnewarmte in 2030.

Ook in Wallonië is er geen doel gesteld voor de batterijcapaciteit. Het wordt als collectief efficiënter beschouwd om PV-eigenaren te stimuleren tot zelfconsumptie via slimme meters, productie en consumptie via het netwerk te bundelen en bij te dragen aan de financiering ervan, in plaats van een strategie te stimuleren waarbij mensen zichzelf isoleren en uitsluiten van het netwerk. De Waalse overheid wil nog geen subsidies voor batterijen geven omdat die nog duur zijn.

Waterstof
In het federale plan zal ook de nodige aandacht worden gegeven aan het potentieel van waterstoftechnologieën. Er wordt ingezet op waterstof en de bijbehorende infrastructuur voor productie en import.

Het gebruik van hernieuwbare energie in transport wordt belangrijker. Er wordt ingezet op waterstof en meer duurzame biobrandstoffen op basis van algen of afval. Er wordt ingezet op duurzaam transport op zee en in de lucht op basis van biogas of biobrandstoffen en biobrandstoffen van de derde generatie.

Overschotten aan hernieuwbare energie zullen worden geconverteerd en ingeschakeld in energetische en economische processen, zoals Power-to-Gas, Power-to-Industry en Power-to-Mobility.

Fiscale maatregelen
Verder zijn er ook maatregelen die uit de fiscale hervorming moeten voortvloeien, zoals de geleidelijke uitfasering van stookolieketels, de geleidelijke uitfasering van personenwagens en vrachtwagens op fossiele brandstoffen en een forse afname van het gebruik van de biobrandstoffen van de eerste generatie. Er zijn ook maatregelen op het vlak van de mobiliteit en de renovatie van gebouwen.

Klimaattafels
De regering wil de lusten en lasten van de omschakeling naar een klimaatneutrale maatschappij rechtvaardig verdelen. Via een analyse wil ze beleidspistes identificeren. De bevindingen uit de klimaattafels werden gedeeltelijk in het plan opgenomen.

Om de impact van de federale beleidslijnen en maatregelen te analyseren, heeft het Federaal Planbureau de opdracht gekregen zijn impactanalyse voor 2019 te actualiseren, rekening houdend met de laatste ontwikkelingen. Die technische analyse wordt dan geïntegreerd in de definitieve versie van de federale bijdrage. Het is onduidelijk hoe ver die plannen nu juist staan.